zaterdag 22 november 2008

En vandaag was het winter.

Zaterdag, 22 november, de eerste winterdag.

Het is even wennen, weer een echte winterdag. Hebben we lang niet gehad.

Maar :

‘Hagel en sneeuw, onweer wind en regen,
Deren ons niet, we kunnen er wel tegen.

Hagel en sneeuw, onweer wind en regen
Deren ons niet, wij kunnen er wel tegen
Lach er maar om en stap er flink doorheen
't Is pech, maar zeg, als straks de zon weer sche-e-e-een

Gat in je zool, 't water sopt naar binnen
Lek in je jas, wat nu wel te beginnen
En van je kraag, drupt 't water langs je rug
't Is pech maar zeg, de zon komt wel weer ter-u-u-ug

Een ding staat vast, morren helpt geen steek
Want als de zon eens door de wolken keek
En jou daar zag, al met zo'n kwaad gezicht
't Is pech, maar zeg, dan bleef het niet lang li-i-i-icht

Kennen we dat liedje nog van vroeger en zou het nog steeds gezongen worden?

Ik heb dus mijn stoute schoenen aangetrokken, zonder zooltjes, want die doen zoveel pijn dat ik me gemarteld voel. Is dat eigenlijk normaal en moet ik daaraan wennen of zouden ze eigenlijk juist lekker moeten aanvoelen? De rekening had ik vandaag, dus al gauw, in huis, terwijl die rechtstreeks naar Agis gestuurd had kunnen worden. Moet ik er zelf achterheen. Vooruit betalen en maar zien dat ik het terugkrijg. Daar waren ze wel vlot mee.
Enfin, boodschappen sjouwen met die zooltjes kon ik dus niet.
Omdat niet duidelijk is hoe het weer zich gaat ontwikkelen heb ik maar voor een paar weken tegelijk ingeslagen. En ben met karretje, rugzak en twee tassen (het klinkt alsof hier een zwerfster schrijft ;-) ) van de Jodenbreestraat naar huis gelopen. Er zat ook genoeg in mijn tassen om een grote pan stevige soep te maken. En in te vriezen. Voor iedereen die er trek in heeft…
Het was druk bij Albert Hein. Maar er waren geen boodschappenwagentjes.
Na lang wachten kon ik, door assertief tegen een binnenkomende oudere man te zijn, een karretje bemachtigen. Ik stond al een tijdje te wachten, er kwam een leeg wagentje aan en die man pakte het meteen beet. Hij schrok hevig toen dit dametje zei: ‘o nee, die is niet voor u, die is voor mij’. Ik trok mijn boze oogjes (oeioei ;-) ) trok het karretje uit zijn handen en liet hem achter me, ik denk met open mond. Maar ik had geen zin om nog langer te wachten omdat meneer zich boven mevrouw verheven voelde. Ozo! Er stonden trouwens nog meer mensen te wachten…
De boodschappenwagentjes zouden gestolen zijn en er zouden nieuwe besteld zijn, vertelde men bij de helpdesk.
Maar een paar klanten wisten me te vertellen dat alle boodschappenwagentjes beneden in de bijbehorende ondergrondse garage stonden. Waarom men die niet boven haalde???

Nadat ik alles had afgerekend en met veel inzicht en moeite had verpakt, wilde ik even bijkomen en zocht een plekje op het bankje bij de ingang van de zaak. Oef… nog steeds wat opstandig door de man van het karretje: er zat een verwaarloosde, naar ik dacht Oost-Europese jonge man naast een oude man met een lange witte baard. Ik vroeg beleefd of ik mocht gaan zitten en hij schoof bereidwillig een stukje op. Geen kans om daar te kunnen zitten, dus ik bleef staan, schudde mijn hoofd en maakte hem duidelijk dat ik daar niet kon zitten. Hij stond op en liep weg en de oude man gaf me een complimentje. Dat deed dan weer goed.

De daklozenkrant-verkoper krijgt altijd wat van me. Ik had per giro betaald, geen contact geld bij me, maar een flesje sinaasappelsap en twee repen kon ik ook met de betaalkaart betalen. Als dank kreeg ik een krantje van hem. En toen kwam de man met de baard los. Hij bleek ook dakloze te zijn en liep al vanaf 1994 met de krant, vertelde hij. Had altijd in Amsterdam gelopen op verschillende adressen. Maar vandaag had hij vrij genomen. Ik schatte de man op tegen de tachtig… hij bleek drie en zestig jaar te zijn. Tja…. Het gezonde buitenleven?

Buiten, terwijl ik me amper op de been kon houden met al die bagage, in de natte sneeuw probeerde voetje voor voetje vooruit te komen (sjouwer zijn is een zwaar leven hoor), werd ik staande gehouden door een andere dakloze. Met heel veel moeite kon ik hem van me af schudden, maar ik heb medelijden met die mensen, die in dit weer nergens naar binnen kunnen. Toen ik dit voorjaar inspraak bij de commissievergadering over de overlast die we hadden van de daklozen in de buurt, bepleitte ik een goede opvang en resocialisatie voor de mensen. Een deel van de plannen is wel uitgevoerd, maar er zijn en blijven altijd wel mensen die niet op te vangen zijn.

Terwijl ik aan het oversteken was, verscheen héél even de zon. Het licht was zó fel, dat ik het me heel bewust werd even van dit moment te moeten profiteren om wat licht van binnen op te slaan. Ik vermoed ;-) dat ik een mal figuur sloeg, toen ik zo bepakt en beladen midden op de stoep bleef staan met mijn gezicht naar de zon gericht. Geeft niet. Het moment duurde niet lang, maar heeft me toch enorm goed gedaan. De verdere wandeling naar huis leek lichter ondanks de vracht boodschappen, waarvoor ik zelfs nog dankbaar kon zijn.
Morgen weer een grote pan moeders’ soep koken??? Ik zie wel…

donderdag 20 november 2008

Vandaag alweer donderdag.

Wat vliegt de tijd.

Ik voel me de laatste tijd bijna onzichtbaar. Het is grijs buiten, grijs binnen, met alle daglichtlampen aan, in mijn hoofd is het wat grauw en ik heb een mooie grijze trui aan, maar hij is grijs.
Ooit heb ik een droom gehad van een licht, grijs en dood landschap, waar mijn oudste zoon, die kort daarvoor gestorven was, in een grijs en mistig labyrint wanhopig een uitweg zocht. Dat beeld is me altijd bijgebleven, als een visioen zo duidelijk.

Dat was in november inderdaad. Maar lang geleden was het wel.

Vandaag heb ik steunzooltjes gekregen. De volgende stap in mijn ouderdom. Met het idee heb ik geen moeite, met de zooltjes des te meer. Maar zoals alles, zal dit ook wel wennen.
Het maakt het leven momenteel wel weer een tikje grijzer, alsof alles vervagen zal. Echter, laat ik niet vergeten dat het november is.

Maar om bij de tijd en in dit leven te blijven heb ik, ondanks die zooltjes waaraan ik ga wennen, mijn boodschapjes gedaan bij de Turkse super. Fruit, groente en vlees. Lamskoteletjes.

Morgen is het weer vrijdag. Wéér een week die naar zijn einde loopt.
Verder weet ik momenteel niets te vertellen.

woensdag 19 november 2008

Daar ben ik weer even.

Zo langzamerhand moet ik wel weer een blogje schrijven.
Het duurt veel te lang.
Geestelijk ben ik wel weer opgeknapt, maar toch kan ik maar niet actief worden. Niks voor mij, om zo binnen te zitten.
De afgelopen dagen ben ik maar heel even naar buiten geweest, dus geen Amsterdamse avonturen te melden.
Waarom niet? Nou eh ja, november is elk jaar een moeilijke maand voor me. Dat realiseer ik me nooit als november begint. Die eerste twee weken van november zijn herdenkingsdagen voor me, die mijn oudste zoon zl. betreffen.. Er zijn nog meer rouwdagen in deze maand dus ik ben dan wat down. Ik weet niet of ik daarover moet uitweiden, ik doe het liever niet. Het hele verhaal hierover heb ik op een andere plek beschreven, een lang verhaal.
Maar juist in deze dagen houd ik me voor de buitenwereld flink. Er wordt wat over heen en weer geschreven met een paar mensen. Ik brand een speciaal lichtje en de foto’s staan ook in het schijnsel van een lampje. En er zijn nog wat meer nare herinneringen in deze dagen.
Maar goed, ik houd me flink en daarna slaat alles, juist ook door de grauwheid buiten, dus altijd dubbel toe.
Daarom heb ik een paar dagen niet kunnen schrijven en ook de fut niet kunnen opbrengen om te gaan wandelen. En voor morgen verwachten we slecht weer….

Vandaag had ik weer grote plannen. Het gaat nu weer.
Bovendien had ik gisteravond zoveel liefs ontvangen, dat ook dat genoeg opbeurend werkte.

Het betekent niet dat er niets gebeurd is de afgelopen dagen. Er is reuring genoeg op de gracht. Allereerst komt er een nieuw tegeltableau boven ons huis, of eigenlijk, de oude naam wordt met nieuwe tegels in de oude vormgeving in ere hersteld. Maar dat is niet alles. Op het aanpalende deel van de gracht heeft vroeger het Nieuw Israëlitisch Ziekenhuis gestaan, dat na de oorlog is afgebroken. Er waren geen doktoren, zusters of patiënten meer……… En het gebouw moest plaats maken voor luxe woningen. Nu pas is men zo ver dat er toch actie is ondernomen om ook daar een herinneringsbord te plaatsen.
Dat hopen we t.z.t. ook te vieren. In de Hollandse Schouwburg, maar die plannen zijn nog jong.
Bovendien komt er een nieuw glazen dak boven ons atrium. Meer daglicht dus op ons binnenpleintje.

Ik heb mijn medewerking aan de Nationale Consumenten Enquète opgezegd. Je geeft zó veel van je zelf prijs elke keer. Er wordt geschermd met grote prijzen, maar in feite krijg je een ‘Nationale Tijdschriftenbon’ van 3,5 euro. En die is alleen geldig als je een abonnementje neemt. Dan mag je dat bedragje aftrekken. Het meedoen kost je dan nog geld toe. Voel je hoe je belazerd wordt? Ik had al eerder willen opzeggen, maar nu heb ik het echt gedaan.

Maandag was Betty weer hier.
En ’s avonds ben ik toch een ommetje gaan maken. De straat hierachter heeft de nieuwe, eigenlijk ouderwetse, kroonlantaarns teruggekregen. Alleen branden die nu op ledjes. Dat geeft een witter licht, maar meer schitterend door het geslepen glas. Ik vond het heel erg mooi. Van mij mogen ze in de hele buurt komen. Ik pleit trouwens toch voor een goed verlichte stad, maar dan wel sfeervol, zodat vooral ’s winters een beetje een Anton Pieck-sfeertje/effect wordt bereikt in de oude binnenstad.

Gisteren, dinsdag dus was het een beetje te druk hier. Freek, mijn sysop kwam onverwacht maar wel welkom en nodig ;-)), het een en ander aan de computer verbeteren. Ja het was een verrassing dat hij onverwacht kwam, alleen…. Een uur later verwachtte ik een vriend die me elke twee weken een bezoek brengt. Ik geef graag alle bezoekers de nodige aandacht, maar dat ging een beetje moeizaam dit keer. De lunch, die we altijd samen houden, werd verlaat. Want Freek wilde niet ook mee-eten. Daarom heb ik gewacht tot hij klaar was.
Ik ben diabetica, mooi woord voor een rot-ziekte, en dat ging ik voelen. Maar goed, die brunch (voor mij eigenlijk) hebben we wel gehad in elk geval. Na nog wat gedoe aan de computer was ook hij weg. En dacht ik even uit te rusten. Want hoe fijn ik bezoekers ook altijd vind, tegenwoordig moét ik daarna wel even rusten. Maar inmiddels was ik zó achter geraakt met mijn emails, dat ik dat maar eerst gedaan heb. En daarna was het voor een paar uur op.

Vanmorgen was het de hele ochtend druk op het scherm En is de tijd voorbij gegaan met mails schrijven en/of doorsturen. En dergelijke zaken.
Dat was het. Niks bijzonders te melden dus.
Komt tijd komt raad, ik knap lichamelijk ook wel weer op. Want dit luie is echt niks voor mij.