maandag 22 februari 2010

Een druk weekend

Dit weekend was een rumoerig weekend. In meerdere opzichten.
Zaterdag was het eindelijk eens mooi weer. Het Chinese Nieuwjaarsfeest hier vond dus plaats onder gunstig gesternte… hoewel, het was dag en er scheen eigenlijk een bleek zonnetje, geen ster te zien.
Ik was erheen gegaan met de metro. Nadat ik het nog niet helemaal functionerende jaarmarktje gezien had met daarnaast de gewone wekelijkse biologische markt, vond ik het tijd mijn mooie gebloemde stok en mijn benen richting de hoofdtent te sturen. Men is gastvrij. Mensen boven de 65 mochten vooraan zitten. Dat gedeelte was afgezet met linten, waarover wij ouderen wel eerst moesten heenklimmen…. En toen vond ik een zitplaats, recht voor de enorme geluidsbox. Dat was schrikken ja.
Dan blijkt ook weer dat wij Nederlanders mensen van de klok zijn, anderen nemen de tijd, wij de seconden. ;-)

Na ruim een uur werd verteld dat de ambassadeur gebeld had dat hij door persoonlijke omstandigheden verhinderd was om te komen.
De Amsterdamse Wethouder Freek Ossel opende dus de dag. Er was muziek en knalvuurwerk en toen kwam de ceremonie van het ontwaken van de Tijger. Het is tenslotte het jaar van de Tijger. Nadat de tijger ‘geboren en ontwaakt was’ gingen de jongens die de Tijgerdans deden met veel tromgeroffel en knalvuurwerk, dansend de straat op, naar de Zeedijk. Maar daar werd het me toch echt veel te druk en ik heb toen nog even de stalletjes bekeken en een kleinigheid gekocht. Langs de bloemenstallen lopend zag ik voor het eerst in minstens 20 – 25 jaar grote roze anjers en ik was zo goed niet of ik kocht ze en liet er met gipskruid een boeketje van maken. En voor de Chinese eigenares van Happy Corner, waar ik al zoveel jaar kom, kocht ik een rood boeketje met gipskruid, om haar een gelukkig Nieuwjaar te wensen. Thuisgekomen heb ik de anjers in mijn mooiste vaasje gezet en ben er uitgebreid voor gaan zitten. Dit was iets van vroeger, heel vroeger, één van de weinige herinneringen aan thuis bij mijn moeder. Ik heb er foto’s van gemaakt en het risico genomen dat ik allergisch zou reageren. Wat dus meeviel. Maar de ontroering was groot. En vanmorgen heb ik ze dus in het donker te drogen gehangen, voordat ze verlept zouden zijn.
In de vroege zaterdagavond de rode bloemen nog naar de eigenares van ‘mijn’ Chinese restaurant gebracht en haar een goed nieuw jaar toegewenst. Ze was helemaal van de kaart van zo’n gebaar. Ik heb haar verteld dat wij bloemen geven om iets met iemand te vieren. Ik wist dat het Chinese equivalent voor onze oliebollen en appelflappen bestaat uit miniloempia’s en mosselen of oesters of vis. En verse sla en zoete rijstkoekjes. Maar om nou als Hollandse bij een Chinese met Chinees voedsel aan te komen… Ook de tijd van oliebollen en appelflappen of snert is voorbij. Dus een bloemetje! En wat was ze er verguld mee. Ik kreeg drie dikke zoenen, op z’n Hollands dus.
Die zaterdagavond was ik natuurlijk helemaal kapot. Want mijn conditie is na deze lange winter 0,0 en moet weer helemaal opgebouwd worden.


Zondag werd ik opnieuw geconfronteerd met mijn verleden. In de krochten van het conputerarchief vond ik dagboeknotities terug die ik blijkbaar goed verstopt had. Het was even slikken toen ik teruglas hoe het leven 15 jaar geleden nog maar was. En hoe ik door een zwaar hartinfarct helemaal op mezelf teruggeworpen was en weer moest leren leven.
Maar een stukje ervan wil ik hier toch overnemen, omdat het zó hartverwarmend is geweest en mijn leven op een andere manier toch weer helemaal op de rails heeft gekregen.
Het eert ook de mensen die daar allemaal verantwoordelijk voor waren en dat mag best eens zó gebeuren.
............... April 1995 bracht me de grootste verrassing van mijn leven, na alle belangstelling voor de uitgave van het boek. Ik werd benaderd door Lenie Winter, of ik mijn huis beschikbaar wilde stellen om een leuke grap uit te halen met de scheidende voorzitter van het Platform Mondiale Bewustwording, Leo van Putten. Dat moest gebeuren op 1 april. Natuurlijk zei ik ja, in mijn huis kunnen zoveel dingen gebeuren, nietwaar. Wie of wat schetste mijn verbazing toen de bewuste avond mijn huis volliep, met vrienden en kennissen uit het vrijwilligerswereldje, maar ook met familie en persoonlijke vrienden. En burgemeester Laan, dat kon ik nog plaatsen i.v.m. Leo van Putten. Mijn agenda duidt op mijn volkomen onwetendheid en waarom Jessica foto’s begon te maken snapte ik niet. R. lag toen net in het ziekenhuis, en ik begreep ook zijn spijt niet, dat hij niet aanwezig kon zijn. Nou, Leo van Putten bleek alleen zijn naam aan de avond gegeven te hebben. Het draaide allemaal om mij. Ik was ‘de pineut’. Lenie had een uitgebreide actie gestart om gelden bijeen te brengen voor een reis voor mij naar Israël. Ik kreeg een grote versierde doos in handen met een toespraakje, dat de persoon waarom het zou gaan jammer genoeg verhinderd was, nu zou ze de cadeautjes maar zomaar uitdelen (kleinigheidjes voor Jessica en haar jongens als fopdingen) en ik kreeg de doos. Mijn volkomen verbijstering is goed te zien op de foto’s die Jessica gemaakt heeft In de doos zat niet alleen een toeristenboek en brochures over Israël, maar ook een cheque voor reis- en verblijfkosten náár en in Israël. Goed voor twee weken met een groep of 1 week met zijn tweeën. En omdat Atie Overduin, reisleidster voor de eerste groep die met de Stichting Mi Jerushalaim er ook bij was, koos ik, totaal overdonderd door de gebeurtenissen, voor de groep. En dat allemaal, omdat ik in mijn boek geschreven had: “Ik hef mijn glaasje kruidenthee en zeg:’tot volgend jaar in Jeruzalem’, wat een normale joodse heilswens is. Die avond was ik tot niet veel meer in staat, anderen hebben mijn rol van gastvrouw op zich genomen, vooral Jessica heeft die taak op zich genomen. Velen hadden lekkers meegenomen, van mij werd alleen verwacht dat ik koffie zou zetten. Dat was dus goed gezien.
Vanaf dat moment zat de spanning er goed in. De reis naar Israël heb ik beschreven in mijn artikel “Impressies van Israël”, dat zal ik hier niet herhalen. Omdat zoveel mensen betrokken waren bij de verrassing heeft Joop Bremerman van de Molenkruier er twee artikelen aan gewijd, waarmee ik hoop alle mensen bereikt te hebben om hen te bedanken.
Maar lichamelijk en geestelijk heb ik er meer dan een half jaar over moeten doen om weer een beetje op krachten te komen. Nu, in januari 1996 pak ik weer voorzichtig een beetje de draad op. Na al die maanden alleen wat met de Mondiaal te werken en in de stuurgroep Politiek Avondgebed mee te doen. De afgelopen anderhalf jaar heeft een ander mens van me gemaakt, de verwerking van het verleden, met zijn apotheose in Yad Vashem heeft ervoor gezorgd, dat ik inderdaad dat verleden een beetje achter me heb kunnen laten en een min of meer normaal mens ben geworden. De lange maanden van thuiszitten hebben de rust gebracht, die ik zo nodig had om me weer met een toekomst bezig te kunnen houden. Een toekomst waarover ik nu kan dromen, al zal dat waarschijnlijk pas in een volgend leven zijn vervulling vinden.
Dat schreef ik dus in 1996. Nu leven we in 2010. Wat er in al die jaren gebeurd is, is te veel om eventjes in een blogje te vertellen. Maar de vele mensen die betrokken waren bij die verrassing en daardoor de verandering in mijn leven wilde ik toch even vermeld zien. En de grootste verandering was wel de verhuizing naar deze stad en het nieuwe leven dat hier kon beginnen, amper twee jaar later.