donderdag 2 juli 2009

De cirkel is rond.

In plaats van dat ik op deze tot nu heetste dag van het jaar lekker luier, zit ik me weer eens op te winden over ambtelijk gezeur en onbegrip.
Ik kreeg een brief van het CAK, ouderen welbekend, denk ik. Dat ik twee facturen niet betaald zou hebben. Eentje van oktober 2008 en eentje van februari van dit jaar.
Ik mijn internetbankier opgezocht en alle betalingen aan het CAK van dit jaar op een rijtje gezet. Dit jaar is dus alles betaald. Ik heb dat rijtje ter bevestiging in een email gezet.
De rekening van oktober vorig jaar kon ik niet vinden, dus die heb ik maar meteen betaald. En in dat emailtje daarvan melding gemaakt. Met uiteraard excuses…
Toen de site van het CAK bezocht voor het emailadres om het te versturen. Niet te vinden. Toen moest ik tòch dat CAK bellen. Krijg ik, na eindeloos wachten, een juffie aan de foon, die wil dat ik het háár vertel. Nadat ze me duidelijk niet begreep en een volgende weigering mijnerzijds (hoe leg je het uit aan een overspannen telefoon-juffie??) kreeg ik met heeeel veel moeite dat emailadres, maar intussen zit ik weer te tandenknarsen. Als ze daar zo moeilijk over doen wil ik het graag hier vermelden voor het gemak en ten dienste van CAK-cliènten: info@hetcak.nl . Bij deze dus.

Deze hete dag heeft wel gemaakt dat de gordijnen weer gesloten zijn hier en dat de temperatuur toch oploopt in huis, in mijn cave, zoals een buurman dat zegt... Begane grond hier is veel koeler natuurlijk dan de verdiepingen. Op de vijfde verdieping ligt een plat dak…..

Maar vanmorgen was ik – voor mijn doen – vroeg wakker. En na mijn beker fruitontbijt met haverzemelen en een glas bruisvitaminen met al mijn pillen, een snelle douche genomen en vóór het te warm werd mijn boodschapjes gedaan. Op het postkantoor de foeilelijke ‘groen’-postzegels gehaald, want daar was voor mijn overbuurman een gratis verjaarskalender bij. Vergeet ik nòg de giro-enveloppen mee te nemen voor hem……….
Even in de Reguliersbreestraat naar de Etos en aan de overkant naar het Kruidvat. En dan snel terug voor ik zou smelten.
Onderweg nam ik een ‘Spits’-krantje mee. Voor vandaag hebben ze denk ik de dagprijs voor een onbegrijpelijke krantenkop. Daar is de Spits toch al zo knap in.
Wat maak je nl. hiervan: GETUIGE IN VERMOORD RECHTZAAL. Eerst zelf kijken, dan pas spieken.
Het gaat over het drama van een vrouw die getuigde tegen een verdachte in de rechtszaal in Dresden. En door de verdachte onverwacht werd aangevallen en doodgestoken. Heel erg, inderdaad. Maar die kop was zo onbegrijpelijk dat ik het artikeltje ook moest lezen om het te begrijpen. Je zou denken aan opzet, ja. Trouwens, ik heb het gecontroleerd, beide schrijfwijzen van rechtszaal en rechtzaal schijnen correct te zijn.

Gisteren, 1 juli, was het Keti Koti. De herdenking van het slavernijverleden voor Surinaamse en Antilliaanse nakomelingen van de in oorsprong Afrikaanse slaven. Mede door mijn ervaring van zondag jl. en mijn Surinaamse vriendin waar ik gisteren nog een lang gesprek mee voerde, is het iets geworden dat nu net zo’n plek in mijn geheugen heeft gekregen als de 15e augustus, de herdenking van de bevrijding van (toen) Nederlands Indië. De Bersiap-Periode, die gewelddadige periode, (okt. ’45 tot januari ’46) deed heel veel Nederlandse en Nederlands-Indische mensen naar Nederland vluchten.
Terug naar Keti Koti. Ik was dinsdag al naar het Oosterpark gegaan waar de voorbereidingen voor de herdenking en het feest druk gaande waren. Woensdagmorgen om 9.30 begon bij Artis een optocht met de mensen in de verschillende klederdrachten, die optocht ging lopend naar het Oosterpark, waar eerst toespraken gehouden werden en later het feest gehouden werd. Ik denk dat de muziek wel oorverdovend zal zijn geweest. Dus blij dat ik niet meegegaan ben. Maar wèl tevreden dat Het Parool hier zo uitgebreid aandacht aan heeft geschonken.

In de nieuwsbrief van Yad Vashem stond de Auschwitz-foto van het berkenbosje. Daar heb ik al eens over geschreven.
In overleg met mijn geliefde Rabbi Schachter in Israel ga ik deze foto en de foto op de voorkant van mijn boek Twee Vrouwen en een Jas, samen naar Yad Vashem sturen. Met een briefje dat de vrouw links op die foto niet meer anoniem hoeft te zijn.
Want dat is mijn moeder. Eén minuut voor ze de gaskamer in ging, de laatste minuut van haar leven…

Nu is de cirkel rond. Ik ben klaar met dit deel van het verleden..