zaterdag 20 maart 2010

En plotseling is het lente.

Om te voorkomen dat dit blogje nog langer op zich laat wachten eerst maar uittikken wat ik vandaag meemaakte.
Vandaag was ook de verjaardag van een dierbare mailvriendin, die dit jaar voor het eerst die verjaardag alléén, als weduwe, moest vieren. Dan is er niet zoveel te vieren. Mijn gedachten waren bij haar. Maar ze moest er zelf doorkomen, daar kon ik niet bij helpen.
Het was een zaterdag die ik niet snel zal vergeten. De persontmoeting met vrienden van lang geleden. Hoe lang geleden? Ik denk wel25 of 30 jaar, helemaal zeker ben ik er niet van. Ik ben blij dat het initiatief van hen kwam, want voor mij was het moeilijk. Herinneringen aan moeilijke tijden met mijn eerste echtgenoot kwamen boven…. Een zware tijd. Blij ben ik ook dat ze nu eindelijk hier geweest zijn. Er was veel te bepraten, maar de kern van alles bleef onaangeroerd. Daar kan ik nog steeds niet over nadenken, laat staan praten. Nu ook niet nee.
In elk geval hebben we wel veel gezamenlijke herinneringen kunnen uitspreken. Hun moeilijkheden en de mijne met zijn moeder bij voorbeeld. Het is voor ons allemaal traumatisch gebleven. Misschien komt er ooit een tijd… Maar we hebben ook veel plezier gehad vanmiddag. En natuurlijk moeders’ soep gegeten. Ik had weer kippensoep gemaakt. Troostsoep noem ik dat bij mijzelf. We hebben veel uitgewisseld, ook adressen en telefoonnummers, want we willen elkaar liever niet weer zo lang laten wachten.
Ik heb hen met de metro naar het station gebracht en wilde zelf de tram terugnemen, want die stond al te wachten… dacht ik. Bleek het de verkeerde tram te zijn. En het duurde zó lang voor hij stopte en ik weer kon uitstappen. Ergens in voor mij onbekend gebied staat het nieuwe muziekcentrum en daar stopte hij eindelijk. Ik was zo in de war dat ik geen tramhalte terug zag, maar ging lopen. In de overtuiging trouwens dat lopen me goed zou doen om alle emoties van vandaag eruit te lopen. En zonder rekening te houden met die tegenstribbelende heup van me ging ik op pad. Amsterdam heeft een pre op elke andere stad. Als je altijd maar dezelfde richting op blijft lopen (en ik was vrij zeker dat het wat mij betreft de goede richting was ;-) ) kom je altijd goed terecht. Bij de Amstel of in het Centrum…. In mijn geval kwam ik na dik drie kwartier dezelfde richting op te lopen terug bij het Centraal Station; zij het met zijstraten en via afgezette paden rondom door het puin van de nieuwbouw tussen Oosterdoksestraat of zo iets en Centraal Station. Zo heb ik de puinhoop daar tenminste geïnterpreteerd. Mijn oriëntatie was ik allang kwijt en ik liep maar op goed geluk door, al ging die heup steeds harder protesteren. En ik was mijn stok vergeten…
Mijn gasten hadden de trein van 17.53 en zelf was ik om 19.15 thuis. Want eenmaal bij het station was er de lift en was ik snel terug. Maar wel zó moe, niet alleen van de emoties van het bezoek, maar ook en vooral door die onverwachte wandeling, dat ik maar wat at wat voor de hand lag en toen heel diep geslapen heb tot deze avond ook weer voorbij was.

Over de andere dagen van deze week is niet zoveel te vertellen dacht ik.
De huisarts was niet zó tevreden dit keer, bloeddruk en hartslag waren iets verhoogd en ze wil dat ik het bloed nog verder laat onderzoeken. Pilletje erbij gekregen. Maar over die heup was ze niet ontevreden. Ze kent me goed genoeg om te weten dat ik, als het nodig is, echt wel naar de fysiotherapeut ga. En dat ik nu de stok gebruik is prima.
‘Iedereen gaat weleens door zijn rug’- heerlijk nuchter…Kon ik goed gebruiken. En met smeren en steunen ben ik inderdaad een heel stuk verder gekomen dan ik dacht.

Dit keer ben ik na het bezoek aan haar niet naar de kringloopwinkel gegaan. Maar eindelijk weer eens naar mijn Turkse super. En daar soepkip met toebehoren en een braadkippetje gehaald. En diezelfde avond bouillon getrokken en een begin met de soep gemaakt en het kippetje gebraden. Mager vlees hè. En eiwitrijk voedsel.

En eindelijk is het dan toch lente geworden. Het was een lange en koude winter. Maar plotseling bloeiden de sneeuwklokjes en even plotseling werd ik ’s morgens weer wakker van de vogels. Verrast werden we ook door de opeens overal bloeiende krokussen.
Na een paar dagen vroege zon is deze verwennerij echter inmiddels weer voorbij. En blijft het ’s morgens lang duister en vooral nat. Pas in de loop van de komende week kunnen we weer zon verwachten. Maar de temperaturen blijven boven de tien graden en dat is heerlijk.
Maar ik heb al bijna twee weken twee nieuwe vogelhuisjes buiten staan en de buurman had beloofd die op te hangen. Maar daar komt maar niets van. Nu heeft een andere buurman het beloofd. Dus afwachten of de vogelhuisjes nog op tijd hangen zodat er in genesteld kan worden. Zelf kan ik het niet. Ik ben ook de enige geweest die de vogels met voer de winter doorgeholpen heeft. Blijkbaar ben ik de enige die dit belangrijk vindt. Gelukkig zijn de oudere huisjes nog niet bewoond, dus er is nog hoop.

En nu is het alwéér de hoogste tijd geworden om te gaan slapen. En is de zondag al aangebroken. Dus houd ik hier maar weer op.

dinsdag 16 maart 2010

De lente komt gelukkig steeds dichterbij.

Alweer de zestiende maart.
Vandaag schijnt de zon al een poos en de buitenthermometer geeft, ongelooflijk, hier 18 graden aan. Heb dus even buiten dor hout weggeknipt. Het is heerlijk in het zonnetje. Dat ik een chagrijnige buurvrouw heb die alleen grrr zegt als ik haar vriendelijk goedendag zeg, ach, dat is aan haar… Toen ik vijf minuten bezig was ging ze haar fiets halen en ging ze weg. Alleen boos omkijkend naar mij, die haar vriendelijk toeknikte. ;-) Ik ben gewoon doorgegaan, zolang het ging, dode bladeren, takjes en dode hortensiabloemen verzamelend. Veel meer kan ik nog niet doen zo’n eerste dag en met zo’n rug. Ik ga me verlekkeren op volgende week de eerste plantjes weer te kopen. Maar eerst moet de aarde ververst, want ik heb alles in bakken. En nieuwe bakken, inderdaad, die ook. En mijn tuinvrouw tegen die tijd waarschuwen, dat vooral niet vergeten. ;-)

Sinds zaterdag is ‘het’ in mijn rug geschoten. Ik wilde de inhoud van de onderste la van een laag keukenkastje onderzoeken… ik kon er niet bij, dus dat lukte niet. Maar het lukte me ook niet om daarna gewoon overeind te komen…. Dat duurde even. Ergens halverwege de buk en de rechte stand bleef mijn rug koppig in die stand. En via het aanrecht en een stoel heb ik me naar de kamer bewogen. Na een kwartiertje kon ik gaan liggen en een paar uur slaap later ben ik maar gaan smeren en slikken. Tantum en paracetamol. Als je alleen wilt wonen, moet je dat ook alleen doen en heeft opgeven, huilen of kreunen totaal geen zin. Alleen verzorgen en je zo goed mogelijk ontspannen. Nu, dinsdagmiddag, gaat het een stuk beter en door die ontspanning kan ik die éne spier nu voelen die nog dwars ligt.

Zaterdag ben ik nog wel boodschappen gaan doen, met stok en karretje en rugzak, dan hoef ik de eerstkomende tijd niet voor boodschappen naar buiten. En vooral niemand lastig te vallen… ;-)

Maar zondag en maandag heb ik als een heel oud vrouwtje met heel veel pijn en moeite en mijn mooie gebloemde stok door het huis gestrompeld. Met behulp van ‘Tantum’, een stevige gordel en de stok is de pijn nu tot leefbare proporties geslonken. Maar een krom oud vrouwtje ben ik wel nog steeds. Alleen als ik langer loop en mijn best doe krijg ik weer die rechte rug en alleen mijn benen willen dan nog niet netjes voor elkaar uit gaan lopen. Maar ik geef niet op… Al moeten de gevallen dropjes nog even blijven liggen voor ik ze kan oprapen…;-) Er ligt trouwens een lekker dik kussen in mijn stoel, dat scheelt ook. En verder red ik het heel goed. Dank je.



Meer heb ik even niet te vertellen. Het weer is ook te mooi hier.
Aaaach, het betrekt alweer…