zaterdag 3 december 2016

Columns schrijven....


Ik vond in mijn documenten twee oude columns. Uit een tijd dat ik nog columns moest schrijven... Er was niet altijd inspiratie, er was niet altijd zin. Het was nog in de voor-computerse tijd. Ik zette me dan voor mijn draagbare schrijfmachine en wachtte....

Waarom zou ik..?

Waarom zou ik? Waarom zou ik weer gaan schrijven, terwijl ik me zó had voorgenomen dat het bij dat éne boek zou blijven?  ‘Omdat’, hield ik me voor, ‘ik  het schrijven toch niet kon laten als ik eenmaal begonnen was, daarom begon ik  er maar helemaal niet aan’. ‘Denk je in’, vertelde ik mijzelf: ‘Elk jaar verschijnen er zo’n zestien en  een half duizend boeken, waarvan er enkele tientallen, misschien honderd, in de publiciteit komen en (redelijk) goed verkopen.  Waarom zou een uitgever belangstelling hebben voor wat ik in mijn hoofd heb  en op papier zet? Waarom  zou een recensent juist mijn  boek uit die massa boeken pakken en er ook nog een positieve recensie over schrijven? ‘

‘Ben je mal, ik begin er niet meer aan’, benadrukte ik mijn gedachten terwijl ik het allemaal toch maar opschreef. 'Bovendien kan  niemand mij vóórschrijven dat ik moet schrijven. Dus waarom zou  ik???  Van  wàt ik schrijf wordt de essentie toch  niet begrepen…

Aan de oppervlakte van wat ik schrijf, drijven woorden in de Nederlandse taal. Woorden die leesbaar zijn voor wie de taal machtig is. Wat ik ònder en dóór de woorden  heen vertel is maar voor een enkeling leesbaar. Die enkeling haalt eruit wat voor haar of hem begrijpelijke taal  is, éénlaagse  taal dus.  Terwijl, wat ik opschrijf vaak in drie dimensies geschreven is….drie-laagse taal  zogezegd…
Voor wie het verstaat.  Voor wie er zich door laat ontroeren  of  inspireren….
-
In een wereld, zo klein als onze Aarde  geworden is, gebeuren teveel rampen, worden  tè veel oorlogen gevoerd, gebeuren tè verschrikkelijke dingen  met mensen. Ik heb het allemaal meegemaakt, zo niet aan den lijve, dan toch door al die ongewilde empathische gevoelens die me zoveel jaren zo kwetsbaar maakten.
En  ik ben altijd de mening toegedaan gebleven dat wie schrijft, verantwoordelijk is. Wel empathisch moet zijn en  gevoelens moet toelaten en overbrengen. Anders zullen het alleen verhaaltjes worden die aan de oppervlakte van de dingen knabbelen, maar nooit echt inhoudelijk zullen pakken en ontroeren.

Tja…… dat bepeinsde ik zo. En ik bleef mijzelf, dit schrijvend,  de vraag stellen,  steeds weer en telkens naar een diepere laag van het bewustzijn… of ik inderdaad wel wilde blijven schrijven.
En al schrijvend ontdekte ik alleen dat ik er niet  mee kon ophouden…  En zette  ik dus met een zucht de computer  maar aan om het geschrevene uit te tikken…

 

Loodzwaar


Het  geschreven woord is niet altijd voor de  eeuwigheid geschreven, maar gaat toch  langer mee dan de losse gedachte die in het hoofd blijft zitten.
Als reactie gelijk is aan actie begrijp ik niets van het proces dat ertoe leidt dat ik ga schrijven. Ligt dat aan mij? Of is de onvoorspelbaarheid van de reactie een vast gegeven  waarmee rekening gehouden moet  worden?? Is die formule variabel, of vàst? In ieder geval is de reactie steeds een onverwachte, soms een ongehoopte, vaak  een verrassende, maar nooit een vooraf bedachte of berekende uitkomst.

Wie had kunnen bedenken hoe een losse opmerking (een uitdaging van een goede vriend) een kettingreactie op gang zou brengen… Een te licht en  gemakkelijk gedane toezegging in de euforie van een  behaald succes nl. de uitgave van mijn boekje, is een loden last geworden. De belofte dóór te schrijven zal in de tijd gedragen moeten worden  en ter bestemder tijd en plaats ingelost worden.

De steile heuvels van verwerking, van gedenken, van  bitterheid en boosheid, van angst om het heden en angst voor de  toekomst…van toppen tot  diepe dalen, worden geacht te zijn genomen met de lichtvoetigheid van gemzen… Ondanks de als een loden last gedragen be-leef-tijd. Mijn hart bonkt, mijn benen kunnen me amper dragen. Mijn hoofd rust te  zwaar  op mijn schouders. Maar het onbevlogen denkvermogen  moet voort…voort…. Het schrijverschap  is geen lichtend einddoel, het is de weg waarlangs de loden  last getorst  moet worden, geduwd, gesleept…..


Met grote weerzin heb ik deze last  opgenomen, ik  weet niet hoe lang ik hem kan  dragen. De laatste last die  ik had neergelegd was er een uit  een onafgebroken serie van ‘moeten’: groot moest ik  worden, studeren en werken moesten, moeder en huisvrouw moeten worden; echt volwassen moeten worden en afscheid moeten nemen van kind, huwelijk, ouders en  dromen.  Herinneren moet en er moet verwerkt worden. De laatste last heb ik nog niet afgelegd of  er wordt me een nieuwe  last opgelegd..  Schrijven.

Ik  meende  dat het  vleugels zouden zijn, vleugels waarmee ik boven het gewriemel van kleine aardse  gedachten zou kunnen  uitstijgen. Maar de realiteit leert dat het een loden last  van letters is, die niet mijn gevoelens kunnen uitdrukken; die zichzelf zullen  moeten  herscheppen tot iets anders dan de schonere schijn die ze  nu  weergeven. Een manier van  letterzetten die de mijne niet is.  En  daarom een last  blijft.


Laat me toch mijn eigen schepping creëren met dit gewicht, zodat wat nu zo zwaar op me rust, me verlichting kan geven.

 Ik kan er  geen verhaaltjes van maken die zo  licht  zijn als zijdepapier dat dwarrelt in de lichtste bries. De dag beschrijven, het maatschappelijk en persoonlijk gebeuren, de voorspelbare reactie. Dàt zijn  mijn sterkere kanten. Het evenwicht vinden in de beschrijving van  het bestaande, het bestaanbare.
Het neerzetten van een beeld van het  ongeloofwaardige dat waar blijkt te zijn.


Pijn beschrijven die empathie met het onbeschrijflijke losmaakt……….

Kan dat in verhalen  en  sproken verwoord worden? Zulke vertelsels worden  geacht te eindigen met de aanvang van een  leven dat lang en gelukkig dient te zijn. En te beginnen met :’Er was eens…’ Mijn vertelsels zullen niét voorbij zijn, zij zullen beginnen met ‘gisteren’, met ‘vandaag’ of met ‘morgen’. Of zelfs  met ‘toen  ik klein was’…
En in de schoonheid van het  taalkundig gebeuren zal dat vloeken door de pure basiskleuren  die  ik  zelf gebruik.
Maar het  zal mijzelf verlichten. Hopelijk en misschien een lichtje zijn voor wie het wil zien en lezen. Daarin kan  ik inspiratie  vinden en kracht  om door te gaan.

Hierin kan ik een nieuwe start maken met schrijven.
Maar  niet in het  op me nemen van de last om iets te scheppen dat z.g. voor de eeuwigheid bedoeld is.  Dat voelt als  een nieuw ‘moeten’, terwijl ik me zo vast had voorgenomen  om ná de vertwijfeling en het verdriet van  het totale afscheid nemen, nóóit meer iets te ‘moeten’ of te dragen dat ook  zonder mij vooruit kan komen…

Maar goed, ik heb beloofd weer te gaan schrijven…..en hierbij  vind je dus mijn eerste bijdragen.

Erica