Waarschijnlijk heb ik hem vanavond voor de vijfde keer gezien, misschien zelfs voor de zesde keer… En elke keer dacht ik: nou nee, ouwe koek, niet mijn stijl, ik hoef niet meer.. En dan kijk je toch even en ben je verkocht…
Die ouwe Blues Brothers. Vooral de ongelooflijke achtervolgingsscène, die nooit geëvenaard is, noch als scène noch qua kosten, denk ik.
En de slotscène dan? Die Jailhouse Rock….. daar is de gelijknamige uitvoering met Elvis Presley een balletuitvoering bij, vind ik.
Ja, die film is bijna 30 jaar oud maar nooit uit de tijd geraakt… En ik heb weer genoten van die film. Tijdens de vele en langdurige reclames waren er genoeg andere dingen te zien. Daar ging ik me maar niet aan ergeren.
Vandaag voor het eerst deze week weer eens lekker uitgeslapen. Geen wekker hoeven te zetten. Tja, bijna een werkende vrouw hè, op mijn leeftijd.
Vanmorgen ook alles op mijn gemak en rustig gedaan. En uitgebreid ontbeten met o.a. de twee broodjes die Buurman altijd op zaterdag voor me meeneemt. De zaterdagse kranten doorgenomen bij een bak koffie, die lees ik later wel uitgebreider.
Vanmiddag mijn boodschappenkarretje en de tram gepakt en naar de Turkse Super gegaan. Het is vandaag weer een beetje zomer hier. Er staat altijd een heleboel fruit buiten uitgestald. Leuk is wel dat daar altijd mensen staan die aarzelen, of ze wel ‘durven’ kopen wat daar voor het pakken ligt. De plastic zakjes en de kassa staan ook buiten. Ze durven die heerlijke perziken en die grote abrikozen niet aan. Is dat Hollands? Bang een paar centen uit te geven aan dingen die ze (misschien) toch niet durven eten??? Want ‘wilde’ impliceert misschien dat ze oneetbaar zouden kunnen zijn….En daar liggen dan die kistjes vol met heerlijk geurend en smakend zomerfruit. Er is een uitdrukking voor, die ik nog nooit op schrift heb gezien… Ik stond daar te ‘tandakken’….Waar de uitdrukking vandaan komt weet ik niet.
Ik heb het al vaker hierover gehad hè? Hopelijk verveel ik er niemand mee.
De slagerij van de winkel is prima. Dus als ik toch in de buurt ben haal ik er ook mijn vlees. Ze hebben van alles, behalve varkensvlees. Soms zijn de porties wat groot voor een alleengaande, want de bouten, die heerlijke lamsbouten, worden voor mij echt niet in plakken gehakt.
En ik vergeet de rest van de winkel niet, het is tenslotte een supermarkt.
Drie kg wilde perziken gewassen en de groentenbak van de koelkast in… En hier en daar in huis wat uitgedeeld. Hééérlijk. Maar zover ik weet alleen te koop in allochtone winkels. Bij de bekende supers heb ik ze nog nooit gezien.
Die vruchten smaken zoals in je herinnering vroeger de perziken roken en smaakten en nog zouden moeten smaken. En weer grote abrikozen ook.
Deze week kunnen we weer vooruit.
Dat ik dus niet netjes op z’n Hollands gegeten heb, kwam ook omdat dat platte Turkse brood, vooral het volkoren brood, zo lekker is, dat ik het droog eet, telkens een stukje eraf trek, met een rauwe rode puntpaprika, ook daar gekocht en het fruit, maakt het een complete maaltijd voor mij. Dat is een Zaterdagse traktatie. Volgende week maar weer een moeders’ soep eten?
Gisteren heb ik het kleine scootmobieltje doorverkocht. Echt nodig heb ik het nog lang niet en een mailvriendinnetje dat ik al meer dan 10 jaar ken, kon het heel goed gebruiken. Men kan dus weer normaal mijn gangetje in, waar dat scootmobieltje stond. Het geld maar snel op mijn rekening teruggestort. Geen geld in huis hebben voelt veiliger.
Ze kwam rond koffietijd en we hadden elkaar al jaren niet gezien, dus dat was wel even bijpraten ook.
Verder was het gisteren geen ‘lekkere’ dag. En in de middag heb ik dus weer moeten liggen. En geslapen. Dat komt gelukkig niet zó vaak meer voor, maar meestal als er weersverandering op komst is. En dat was het dus weer.
zaterdag 13 juni 2009
donderdag 11 juni 2009
Gisteren beloofde ik vandaag verder te gaan.
Gekke zin om terug te lezen.
Vandaag zou ik verder schrijven, beloofde ik gisteren. Ja, dat klinkt beter.
Ik laat het toch maar staan.
Ooit schreef ik een blogje over de koppenmakers van de dagbladen. Dat de krantenkoppen soms drie keer opnieuw gelezen moeten worden om te begrijpen wat er staat… De nrc van gisteren, 10 juni, had op pagina 2, de kleine berichten aan de rechterkant, ook zo’n mooie kop:
GELUK IN R’DAM WEG VOOR ZOMER.
Ik moest echt die kop drie keer lezen en het artikeltje was een must, om te begrijpen wat daar stond. Wethouder Geluk vertrekt dus vóór de zomer uit Rotterdam. Tja…
Gisteren was dus doktersdag. De boosheid zit er nog, maar de slaap heeft gelukkig wat spanning uit het lijf gehaald. Hoewel van een rustige nacht geen sprake was. ;-)
Die kat van mij moest en zou, toen ik bijna sliep, de regen ingaan. En wist niet hoe snel ze weer terug moest door dat kattenluik. Beng, boem… Alsof ze het niet kon geloven, een paar minuten laten nòg een keer en dezelfde manier van met bonzend hart van de schrik weer wakker worden.
Het kattenluik afsluiten is geen optie voor mijn zwerfstertje. Dan gaan ze met haar kopje tegen dat luik staan bonken, net zolang tot ik het in arren moede maar weer losmaak.
Even later, met die modderpootjes – BOEM- op het bed gesprongen, en met haar natte koppetje tegen mijn gezicht om, denk ik soms, te controleren of ik er nog ben. Tja, dat is Pika….
En eergisteren moest ik even de stad in. T-shirts kopen, o.a.
Het is triviaal om dit te memoreren. Maar doodgewone dames-tshirts zijn nauwelijks te koop. Met veel moeite vond ik ze nog bij de Hema. T-shirts zonder glimmertjes en tierelantijnen, zonder extra naadjes of plooitjes, gewoon rechttoe rechtaan katoenen shirts. Sjonge… wat zijn er een mooie t-shirts te koop, maar niet meer geschikt voor mij.
Zondag op maandag had ik een onrustige nacht. Een regelrechte nachtmerrie. Ik ben dan niet bang voor de dood zelf, maar sterven is iets anders. Ik droomde dat ik naast een bushokje (waar mijn spullen op de grond lagen) op een brancard werd getild. Een kleed over me heen en ook over mijn hoofd. Ik zou dus dood zijn. Maar ik vocht en vocht om dat kleed, die doek, van mijn hoofd te krijgen, stikte er bijna onder. Kennelijk leefde ik dus nog maar kon dat niet duidelijk maken. Door dat gevecht werd ik gelukkig wakker. Maar het duurde nog uren voor mijn lijf en geest weer rustig waren. Kennelijk ben ik niet alleen met die cardioloog bezig al die tijd, maar ook met mijn buurman, die daar nog steeds zo slecht aan toe in dat revalidatiecentrum ligt, en die in januari van de dood is opgehaald.
Ik had het moeilijk gehad daarmee….. Hadden we hem niet beter een ‘genadige dood’ moeten laten sterven, gezien alles waar hij zo onverdiend daarna aan moest lijden? Met geen enkel vooruitzicht op een beter leven?
Het is verschrikkelijk, wat hij moet lijden.
Dat was mijn worsteling toen ik van het laatste bezoek aan hem weer thuiskwam. Maandag was dus geen gemakkelijke dag…. Ondanks de afleiding door Betty, die zich niet lekker voelde, en daarom niet kon doen wat ze altijd deed.
Dit juniweer werkt ook niet mee… Grijs en nat met af en toe een zonnetje. Ik was blij met eindelijk regen, maar teveel hoeft nou ook niet. Er werd gisteravond op het nieuws gedreigd met wateroverlast… moge dat ons bespaard blijven alsjeblieft. Het mag nu ophouden, de tuin en de potplanten hebben nu meer dan genoeg gekregen, ik hoef voorlopig niet te sproeien, ondanks de mooie aansluiting die ik juist daarvoor gekregen heb.
En zaterdag heb ik met mijn lieve dochter de binnenstad onveilig gemaakt. Lekker gezworven, uitgebreid gekletst over vooral vroeger, op terrasjes gezeten. Verder gezworven. En verschrikkelijk gezondigd allebei door in de Voetboogsteeg een heerlijke, grote patat (voor Jessica mèt Joppisaus) te nemen. En een heerlijke runderkroket… Sjonge, dat was lang geleden.
Toen de winkels dicht waren en de terrasjes vol zijn we weer op de tram gestapt, ieder in de eigen richting. Zulke dagen zijn goudfilligrain voor me. Als ik schrijf dat ik de laatste 12, 13 jaar gelukkig ben geweest gaat dat ook voornamelijk over de laatste jaren, sinds mijn dochter hier ook woont en de relatie met haar zo buitengewoon goed en liefdevol is. Ik mag haar zien groeien en bloeien… ze is altijd al een laatbloeier geweest maar nu is ze in volle bloei hoor. De verhouding met mijn zoon Leo, die elders woont, is gelukkig ook sterk verbeterd. Hij belt regelmatig en we kunnen weer samen praten. Ik realiseer me dit des te sterker nu ik merk hoe een mailvriendin van me lijdt onder de slechte verhouding met háár kinderen. Ik hoop maar dat dàt ook goed komt.
Vandaag zou ik verder schrijven, beloofde ik gisteren. Ja, dat klinkt beter.
Ik laat het toch maar staan.
Ooit schreef ik een blogje over de koppenmakers van de dagbladen. Dat de krantenkoppen soms drie keer opnieuw gelezen moeten worden om te begrijpen wat er staat… De nrc van gisteren, 10 juni, had op pagina 2, de kleine berichten aan de rechterkant, ook zo’n mooie kop:
GELUK IN R’DAM WEG VOOR ZOMER.
Ik moest echt die kop drie keer lezen en het artikeltje was een must, om te begrijpen wat daar stond. Wethouder Geluk vertrekt dus vóór de zomer uit Rotterdam. Tja…
Gisteren was dus doktersdag. De boosheid zit er nog, maar de slaap heeft gelukkig wat spanning uit het lijf gehaald. Hoewel van een rustige nacht geen sprake was. ;-)
Die kat van mij moest en zou, toen ik bijna sliep, de regen ingaan. En wist niet hoe snel ze weer terug moest door dat kattenluik. Beng, boem… Alsof ze het niet kon geloven, een paar minuten laten nòg een keer en dezelfde manier van met bonzend hart van de schrik weer wakker worden.
Het kattenluik afsluiten is geen optie voor mijn zwerfstertje. Dan gaan ze met haar kopje tegen dat luik staan bonken, net zolang tot ik het in arren moede maar weer losmaak.
Even later, met die modderpootjes – BOEM- op het bed gesprongen, en met haar natte koppetje tegen mijn gezicht om, denk ik soms, te controleren of ik er nog ben. Tja, dat is Pika….
En eergisteren moest ik even de stad in. T-shirts kopen, o.a.
Het is triviaal om dit te memoreren. Maar doodgewone dames-tshirts zijn nauwelijks te koop. Met veel moeite vond ik ze nog bij de Hema. T-shirts zonder glimmertjes en tierelantijnen, zonder extra naadjes of plooitjes, gewoon rechttoe rechtaan katoenen shirts. Sjonge… wat zijn er een mooie t-shirts te koop, maar niet meer geschikt voor mij.
Zondag op maandag had ik een onrustige nacht. Een regelrechte nachtmerrie. Ik ben dan niet bang voor de dood zelf, maar sterven is iets anders. Ik droomde dat ik naast een bushokje (waar mijn spullen op de grond lagen) op een brancard werd getild. Een kleed over me heen en ook over mijn hoofd. Ik zou dus dood zijn. Maar ik vocht en vocht om dat kleed, die doek, van mijn hoofd te krijgen, stikte er bijna onder. Kennelijk leefde ik dus nog maar kon dat niet duidelijk maken. Door dat gevecht werd ik gelukkig wakker. Maar het duurde nog uren voor mijn lijf en geest weer rustig waren. Kennelijk ben ik niet alleen met die cardioloog bezig al die tijd, maar ook met mijn buurman, die daar nog steeds zo slecht aan toe in dat revalidatiecentrum ligt, en die in januari van de dood is opgehaald.
Ik had het moeilijk gehad daarmee….. Hadden we hem niet beter een ‘genadige dood’ moeten laten sterven, gezien alles waar hij zo onverdiend daarna aan moest lijden? Met geen enkel vooruitzicht op een beter leven?
Het is verschrikkelijk, wat hij moet lijden.
Dat was mijn worsteling toen ik van het laatste bezoek aan hem weer thuiskwam. Maandag was dus geen gemakkelijke dag…. Ondanks de afleiding door Betty, die zich niet lekker voelde, en daarom niet kon doen wat ze altijd deed.
Dit juniweer werkt ook niet mee… Grijs en nat met af en toe een zonnetje. Ik was blij met eindelijk regen, maar teveel hoeft nou ook niet. Er werd gisteravond op het nieuws gedreigd met wateroverlast… moge dat ons bespaard blijven alsjeblieft. Het mag nu ophouden, de tuin en de potplanten hebben nu meer dan genoeg gekregen, ik hoef voorlopig niet te sproeien, ondanks de mooie aansluiting die ik juist daarvoor gekregen heb.
En zaterdag heb ik met mijn lieve dochter de binnenstad onveilig gemaakt. Lekker gezworven, uitgebreid gekletst over vooral vroeger, op terrasjes gezeten. Verder gezworven. En verschrikkelijk gezondigd allebei door in de Voetboogsteeg een heerlijke, grote patat (voor Jessica mèt Joppisaus) te nemen. En een heerlijke runderkroket… Sjonge, dat was lang geleden.
Toen de winkels dicht waren en de terrasjes vol zijn we weer op de tram gestapt, ieder in de eigen richting. Zulke dagen zijn goudfilligrain voor me. Als ik schrijf dat ik de laatste 12, 13 jaar gelukkig ben geweest gaat dat ook voornamelijk over de laatste jaren, sinds mijn dochter hier ook woont en de relatie met haar zo buitengewoon goed en liefdevol is. Ik mag haar zien groeien en bloeien… ze is altijd al een laatbloeier geweest maar nu is ze in volle bloei hoor. De verhouding met mijn zoon Leo, die elders woont, is gelukkig ook sterk verbeterd. Hij belt regelmatig en we kunnen weer samen praten. Ik realiseer me dit des te sterker nu ik merk hoe een mailvriendin van me lijdt onder de slechte verhouding met háár kinderen. Ik hoop maar dat dàt ook goed komt.
woensdag 10 juni 2009
Er zijn dagen die je niet moet vergeten.
Zoals verjaardagen, feestdagen, huwelijks- en sterfdagen…
Vandaag is zo’n dag. De 10e juni 2009.
In april ben ik weer door de molen van de specialisten gegaan. En o.a. werd er een echo van mijn hart gemaakt .Na een zwaar hartinfarct in 1996 was ik onder controle gebleven. En sinds 1998 was dat in het O.L.V.G. in Amsterdam, waar ik een heel fijne specialist had.
Deze cardioloog ging een jaar of twee geleden met pensioen en voor hem in de plaats kwam een jonge specialist. Mijn dochter noemt zijn leeftijdsgroep de patatgeneratie. ;-) Ik weet niet of iemand die uitdrukking kent, ik kende hem niet.
De specialisten van tegenwoordig zijn zó gespecialiseerd dat ze hun patiënten meestal niet meer als mens zien, maar als een nier, een lever, longen of, zoals in mijn geval, een hart. Niet het geestelijke hart, maar de spiermassa, die het bloed door het lichaam moet pompen. De mens daarachter bestaat niet, in zoverre, dat daar geen rekening mee gehouden wordt.
En hier kregen de doorstane emoties van vandaag me zo te pakken dat ik ‘omviel’ van vermoeidheid en een paar uur geslapen heb.
Toen deze jonge cardioloog aantrad was het eerste dat hij deed, me vertellen dat ik geen hartpatiënt meer was. En dus niet bij hem terug hoefde te komen. Ik werd daarop kwaad en eiste min of meer, minstens eens per jaar onderzocht en gecontroleerd te worden. Nouja, omdat ik daarop stònd…
Dit jaar leek er iets mis te gaan door alle narigheid en stress die ik had ondergaan. Ik kreeg een vaatonderzoek en een extra hartonderzoek.
Er werd niet iets speciaals gevonden maar één van de resultaten was dat ik een elastieken kous moest gaan dragen en steunzooltjes kreeg aangemeten. De laatste dingen waren duur maar niet te dragen en de zwelling in mijn enkel verdween niet.
Het hartonderzoek dat volgde was o.a. een echo-onderzoek.
En daarover kreeg ik na twee weken een telefonische uitslag. Mijn hart was goed en hij was blij dat te kunnen vertellen… maar ik had een verdikte hartspier. En ik moest elke vier weken onder controle van de huisarts blijven daarom. Daar bleef het bij.
Ik ben een leek. Dus ik ging op internet zoeken wat een verdikte hartspier inhield en welke risico’s ik daarbij zou lopen. Dat was schrikken. En geen klein beetje.
In gedachten nam ik afscheid van een leven dat niet gemakkelijk is geweest, maar de laatste tien jaren toch heel fijn zijn geweest. Ik vertelde het aan mijn naasten en aan mijn dichtst bijstaande vrienden. En hield er rekening mee dat ik ‘zómaar’ uit het leven weggehaald kon worden.
Maar eerst een afrondend gesprek met mijn huisarts, die me elke maand zou moeten controleren.
Ik wachtte een paar weken, tot ik zeker meende te weten dat het onderzoek in het ziekenhuis ook administratief zou zijn verwerkt.
Maar mooi niet, toen ik eenmaal bij de huisarts was. Geen enkele uitslag. Zij, mijn huisarts dus, probeerde in het dossier in het ziekenhuis te komen. Een voordeel van het electronisch dossier.. ;-), ik beschreef het eerder. Maar geen reactie van de andere kant, er was echt niets geadministreerd. Ook een email vàn mijn huisarts naar die specialist deed niets.
Afgesproken werd toen dat ik na twee weken terug zou komen. En tevoren zou bellen of inmiddels de papieren binnen waren. Vanmorgen gebeld… maar er was nog steeds niets binnen. De assistente werd door de huisarts aan het telefoneren gezet om van de afdeling Cardiologie van het ziekenhuis in elk geval mijn dossier gefaxt te krijgen. Ik moest maar gewoon mijn afspraak met mijn huisarts aanhouden, tegen die tijd waren de gegevens wel binnen.
Mijn bijzondere dochter ging mee, daarvoor was, wat ik te horen zou krijgen, te belangrijk. Ook voor haar.
Met heel veel moeite was er één velletje papier afgegeven, een interpretatie van de gemaakte echo, van de betreffende radiologische afdeling. Geen brief van de specialist, noch voor het dossier, noch voor de huisarts…….. Dus eigenlijk wisten we nog niets.
Gelukkig durfde mijn huisarts het aan de afspraak te laten doorgaan en alles door te praten. Uit hoe zij die interpretatie uitlegde en het gesprek van die specialist met mij determineerde kon – g’d zij dank – een andere uitleg aan alles gegeven worden, die meer hoop gaf. Die verdikking van de hartspier was eigen heel normaal voor een vrouw van mijn leeftijd en mijn geschiedenis, niet dik en massief, geen verslapte spier, maar waarschijnlijk juist goed. Het litteken van het hartinfarct was niet meer te zien, en wat die cardioloog gezegd had: het hart klopte rustig en klonk goed.
Waarom was er dan die ongelooflijke boosheid en was ik niet blij?
Omdat die hork van een jonge cardioloog me met zijn: ‘maar… U hebt een verdikte hartspier en u moet voortaan elke maand voor controle naar uw huisarts’, samen met de ongelooflijke slordigheid van niet administreren van de gegevens (cardiologie!) en geen brief met uitleg naar de huisarts voor het dossier, wat toch heel normaal is, daarmee weg kwam.
Ik was een onderzochte hartspier en daarmee was het onderzoek van de afdeling cardiologie van het ziekenhuis klaar.
Eigenlijk had ik opgelucht en blij moeten zijn, doch mijn boosheid was groter. Zo groot ;-), dat mijn lieve huisarts het maar beter vond nu maar niet mijn bloeddruk te gaan meten….
Dit ging niet alleen om die hartspier van mij, maar om de harten van al die patiënten die afhankelijk zijn van deze hartendokter.
Ik ben met mijn B.L.E.K.D. Jessica ofwel (mijn Bijzonder Lieve en Knappe Dochter) gaan lopen. Het hele Oosterpark door, en we hebben De Schreeuw, het standbeeld voor Theo van Gogh nog gezien en de schade die de stippelmot ook in het park aanrichtte, de vele vogels, waaronder brandganzen en veel, heel veel kouwtjes en een aantal kraaien…
Het park eenmaal uit waren we in de buurt van mijn geliefde Turkse super. En hoewel diabetica, krijg ik nooit genoeg van het fruit dat zij daar te koop hebben.
De wilde perziken zijn er weer!! Perziken zoals perziken horen te smaken. Neem het risico, lezer….. en ga ze eens kopen en proeven. Ze zijn nog niet goedkoop maar zó de moeite waard. Ook de abrikozen daar zijn heerlijk. Er zijn zowel Turkse als Griekse kersen momenteel en allebei heerlijk zoet.
Mijn rugzak vol, want ook voor mijn dochter… zijn we weer teruggegaan. Ik had geen fut om te koken (de boosheid is nog lang niet weggeschreven), en we zijn gaan eten bij (alweer ja) mijn geliefde Happy Corner, de Chinees om de hoek. ‘Zij’, was zó blij me weer te zien dat we ons Chinese biertje van het huis kregen.
Eenmaal weer thuis, na een kopje thee, is dochterlief naar huis gegaan en ikzelf probeerde ‘op papier’ mijn nog steeds zinderende boosheid weg te schrijven en blij te zijn met de herwonnen kans op leven. Is dus even niet gelukt. Emotioneel uitgeput als ik was, heb ik in elk geval een paar uur geslapen..dat weer wel.
Morgen zal ik verder gaan.
Vandaag is zo’n dag. De 10e juni 2009.
In april ben ik weer door de molen van de specialisten gegaan. En o.a. werd er een echo van mijn hart gemaakt .Na een zwaar hartinfarct in 1996 was ik onder controle gebleven. En sinds 1998 was dat in het O.L.V.G. in Amsterdam, waar ik een heel fijne specialist had.
Deze cardioloog ging een jaar of twee geleden met pensioen en voor hem in de plaats kwam een jonge specialist. Mijn dochter noemt zijn leeftijdsgroep de patatgeneratie. ;-) Ik weet niet of iemand die uitdrukking kent, ik kende hem niet.
De specialisten van tegenwoordig zijn zó gespecialiseerd dat ze hun patiënten meestal niet meer als mens zien, maar als een nier, een lever, longen of, zoals in mijn geval, een hart. Niet het geestelijke hart, maar de spiermassa, die het bloed door het lichaam moet pompen. De mens daarachter bestaat niet, in zoverre, dat daar geen rekening mee gehouden wordt.
En hier kregen de doorstane emoties van vandaag me zo te pakken dat ik ‘omviel’ van vermoeidheid en een paar uur geslapen heb.
Toen deze jonge cardioloog aantrad was het eerste dat hij deed, me vertellen dat ik geen hartpatiënt meer was. En dus niet bij hem terug hoefde te komen. Ik werd daarop kwaad en eiste min of meer, minstens eens per jaar onderzocht en gecontroleerd te worden. Nouja, omdat ik daarop stònd…
Dit jaar leek er iets mis te gaan door alle narigheid en stress die ik had ondergaan. Ik kreeg een vaatonderzoek en een extra hartonderzoek.
Er werd niet iets speciaals gevonden maar één van de resultaten was dat ik een elastieken kous moest gaan dragen en steunzooltjes kreeg aangemeten. De laatste dingen waren duur maar niet te dragen en de zwelling in mijn enkel verdween niet.
Het hartonderzoek dat volgde was o.a. een echo-onderzoek.
En daarover kreeg ik na twee weken een telefonische uitslag. Mijn hart was goed en hij was blij dat te kunnen vertellen… maar ik had een verdikte hartspier. En ik moest elke vier weken onder controle van de huisarts blijven daarom. Daar bleef het bij.
Ik ben een leek. Dus ik ging op internet zoeken wat een verdikte hartspier inhield en welke risico’s ik daarbij zou lopen. Dat was schrikken. En geen klein beetje.
In gedachten nam ik afscheid van een leven dat niet gemakkelijk is geweest, maar de laatste tien jaren toch heel fijn zijn geweest. Ik vertelde het aan mijn naasten en aan mijn dichtst bijstaande vrienden. En hield er rekening mee dat ik ‘zómaar’ uit het leven weggehaald kon worden.
Maar eerst een afrondend gesprek met mijn huisarts, die me elke maand zou moeten controleren.
Ik wachtte een paar weken, tot ik zeker meende te weten dat het onderzoek in het ziekenhuis ook administratief zou zijn verwerkt.
Maar mooi niet, toen ik eenmaal bij de huisarts was. Geen enkele uitslag. Zij, mijn huisarts dus, probeerde in het dossier in het ziekenhuis te komen. Een voordeel van het electronisch dossier.. ;-), ik beschreef het eerder. Maar geen reactie van de andere kant, er was echt niets geadministreerd. Ook een email vàn mijn huisarts naar die specialist deed niets.
Afgesproken werd toen dat ik na twee weken terug zou komen. En tevoren zou bellen of inmiddels de papieren binnen waren. Vanmorgen gebeld… maar er was nog steeds niets binnen. De assistente werd door de huisarts aan het telefoneren gezet om van de afdeling Cardiologie van het ziekenhuis in elk geval mijn dossier gefaxt te krijgen. Ik moest maar gewoon mijn afspraak met mijn huisarts aanhouden, tegen die tijd waren de gegevens wel binnen.
Mijn bijzondere dochter ging mee, daarvoor was, wat ik te horen zou krijgen, te belangrijk. Ook voor haar.
Met heel veel moeite was er één velletje papier afgegeven, een interpretatie van de gemaakte echo, van de betreffende radiologische afdeling. Geen brief van de specialist, noch voor het dossier, noch voor de huisarts…….. Dus eigenlijk wisten we nog niets.
Gelukkig durfde mijn huisarts het aan de afspraak te laten doorgaan en alles door te praten. Uit hoe zij die interpretatie uitlegde en het gesprek van die specialist met mij determineerde kon – g’d zij dank – een andere uitleg aan alles gegeven worden, die meer hoop gaf. Die verdikking van de hartspier was eigen heel normaal voor een vrouw van mijn leeftijd en mijn geschiedenis, niet dik en massief, geen verslapte spier, maar waarschijnlijk juist goed. Het litteken van het hartinfarct was niet meer te zien, en wat die cardioloog gezegd had: het hart klopte rustig en klonk goed.
Waarom was er dan die ongelooflijke boosheid en was ik niet blij?
Omdat die hork van een jonge cardioloog me met zijn: ‘maar… U hebt een verdikte hartspier en u moet voortaan elke maand voor controle naar uw huisarts’, samen met de ongelooflijke slordigheid van niet administreren van de gegevens (cardiologie!) en geen brief met uitleg naar de huisarts voor het dossier, wat toch heel normaal is, daarmee weg kwam.
Ik was een onderzochte hartspier en daarmee was het onderzoek van de afdeling cardiologie van het ziekenhuis klaar.
Eigenlijk had ik opgelucht en blij moeten zijn, doch mijn boosheid was groter. Zo groot ;-), dat mijn lieve huisarts het maar beter vond nu maar niet mijn bloeddruk te gaan meten….
Dit ging niet alleen om die hartspier van mij, maar om de harten van al die patiënten die afhankelijk zijn van deze hartendokter.
Ik ben met mijn B.L.E.K.D. Jessica ofwel (mijn Bijzonder Lieve en Knappe Dochter) gaan lopen. Het hele Oosterpark door, en we hebben De Schreeuw, het standbeeld voor Theo van Gogh nog gezien en de schade die de stippelmot ook in het park aanrichtte, de vele vogels, waaronder brandganzen en veel, heel veel kouwtjes en een aantal kraaien…
Het park eenmaal uit waren we in de buurt van mijn geliefde Turkse super. En hoewel diabetica, krijg ik nooit genoeg van het fruit dat zij daar te koop hebben.
De wilde perziken zijn er weer!! Perziken zoals perziken horen te smaken. Neem het risico, lezer….. en ga ze eens kopen en proeven. Ze zijn nog niet goedkoop maar zó de moeite waard. Ook de abrikozen daar zijn heerlijk. Er zijn zowel Turkse als Griekse kersen momenteel en allebei heerlijk zoet.
Mijn rugzak vol, want ook voor mijn dochter… zijn we weer teruggegaan. Ik had geen fut om te koken (de boosheid is nog lang niet weggeschreven), en we zijn gaan eten bij (alweer ja) mijn geliefde Happy Corner, de Chinees om de hoek. ‘Zij’, was zó blij me weer te zien dat we ons Chinese biertje van het huis kregen.
Eenmaal weer thuis, na een kopje thee, is dochterlief naar huis gegaan en ikzelf probeerde ‘op papier’ mijn nog steeds zinderende boosheid weg te schrijven en blij te zijn met de herwonnen kans op leven. Is dus even niet gelukt. Emotioneel uitgeput als ik was, heb ik in elk geval een paar uur geslapen..dat weer wel.
Morgen zal ik verder gaan.
Abonneren op:
Posts (Atom)