donderdag 20 november 2014

Het Ziekenfonds en de zorgverzekering


SCHREEF IK AL IN NOVEMBER 2010:
Maar de omstandigheden zijn wel weer veranderd. Dus ik plaats het,  veranderd en bijgewerkt, nog maar eens.

Het Ziekenfonds en de zorgverzekering
Deze week een email van de Consumentenbond.Dat ik weer moet kiezen.
Natuurlijk hebben zij de deskundigen op velerlei vlakken in huis. En natuurlijk kunnen zij uitrekenen waar ik het goedkoopste uit ben. En vaak kunnen we er goed gebruik van maken.
Maar er zijn onderwerpen waar wij ouderen echt  op een andere manier over denken. Denk ik. Wij zijn bij voorbeeld al tientallen, soms vijftig jaren verzekerd bij dezelfde verzekeraar. Daar voel je een soort trouw bij. Misschien heel eenzijdig, maar toch.
Kijk nou naar Agis. Dat maakte nu weer deel uit van de Eurekogroep, waar ook Achmea toe behoort. Was dat indertijd ook de bedoeling trouwens, toen Europa, i.c. Mevr. Kroes wilde dat ze meer zouden concurreren? Omdat de consument er beter van zou moet worden.
In die tijd ontstond een stortvloed aan zorgverzekeringsmaatschappijen. Het heette ook geen ziekenfonds meer. En de prijzen gingen maar omhoog. De tijd dat de verzekeringsman zijn centjes kwam ophalen, lag toen al 'eeuwen' achter ons. Onze Ziekenfondspremie werd rechtstreeks van ons loon afgehouden. Zoals gisteren op tv werd uitgelegd werkten we een week per jaar voor ons ziekenfonds. Nu werken we een maand per jaar voor onze zorgpremie...... Mevrouw Kroes, hoeveel zijn we erop vooruitgegaan dan?
Maar goed, terug naar Agis. Zoals zoveel ziekenfondsen vroeger, waren ze ontstaan als solidariteitsfonds. Als er iemand ziek werd moest men met elkaar de zorg voor de kosten dragen. Zoiets. Agis heette toen nog St. Luidina, zat voornamelijk in het Utrechtse en was een R.K. fondsje, dat zonder winstbejag eerlijk beheerd werd ten behoeve van arme zieken. Ik was toen jong, kreeg verkering met een R.K. jongen en werd min of meer vanzelfsprekend lid van St. Liduina. Van linkse of rechtse politiek had ik toen nog geen benul.
Ineens heette het fonds Anova.... Een regionaal ziekenfonds samen met Amsterdam en Omstreken. Natuurlijk bleef ik toen bij Anova.
Ongemerkt werd het na 2003 ineens Agis. Agis Zorgverzekeringen. En toen merkte ik dat het geen gewoon Ziekenfonds meer was, waar je de ' man van het fonds' kende.... maar een groot centraal en onpersoonlijk kantoor met een helpdesk. Een HELPDESK....!!
Toch bleef het in het diepst van mijn ziel ' het ziekenfonds' . En goedkoper of niet, net zomin als van je oude verzekeringsman (die allang niet meer bestaat) loop je weg van je ziekenfonds. Misschien is het niet goedkoper dan de andere, maar het blijft je ziekenfonds.
Zeker als je er oud mee bent geworden en nu allerlei ziekten en gebreken hebt waarmee je eigenlijk zelden vergeefs bij je ' ziekenfonds' hebt aangeklopt voor vergoeding. Nouja, mijn (eigen) tanden zijn ondanks een dure verzekering niet goed vergoed. Zou moeten, ja. Agis zou trots moeten zijn op de oudjes die nog hun eigen tanden in ere houden. Nietdan??? Maar verder hebben ze het niet voor het zeggen met de vergoedingen en hebben alle zorgverzekeringen, zoals het nu heet, een zelfde soort pakket. Fysiotherapeut moet ik zelf betalen. Dat gaat niet nee. Als ik aan de rollator zou moeten komen zou ik daarvoor lang moeten sparen. Onee, dat zit niet in het ' ziekenfonds' ....
Ach, laat ik maar bij mijn oude St.Liduina ... eh.... Agis... onee, Eureko, blijven..... Dat is minder verwarrend........

Hoewel…. En nou, november 2014 kreeg ik bericht dat Agis is opgegaan in Zilveren Kruis – Achmea.

ACH!!! Ik wil mijn ziekenfonds terug… Waarom kan ik België wel wat in Nederland niét kan?!




woensdag 5 november 2014

WAAROMDAN?


Ooit had ik een struikje gele kornoelje.. waar heerlijke rode vruchten aan groeiden. Jammer genoeg vonden de slakken de blaadjes lekker en de vogels de vruchten.
Waarom kun je die vruchten nergens gewoon kopen?

De herinnering aan gepofte beukennootjes is ook zoiets. Zakken vol raapten we. En legden die op de kachel om te poffen. Dan gingen ze vanzelf open. Heerlijk vonden we dat.Er zijn nu  minstens zoveel beukenbomen als in mijn kindertijd. Kopen op de markt of zo…om lekker te poffen…Er zijn er genoeg. En die vergaan maar…
Waarom kun je eigenlijk ook  al geen beukennootjes per pond kopen?

Ik heb goede oude herinneringen aan grote volle anjers in rood, roze en wit….met heel fijn groen ertussen. Ik zie dan oude glanzende meubels en kanten kleedjes op tafeltjes voor me.
Waarom kun je die anjers al jaren nergens meer kopen en vind je alleen nog kleine open anjertjes?

Ooit waren na de eerste verkoop van mijn boek Twee Vrouwen en een Jas een aantal exemplaren over. En het toen nog bestaande Centraal Boekhuis belde of ik de rest van de exemplaren wilde laten versnipperen. Ik was zo verscheurd en in de war daarvan dat ik ‘ja’ zei. Nu koop ik elk exemplaar terug dat ik via internet vind en geef ik ze alsnog weg. Ik zal nooit meer een boek maken… mijn losse verhalen zijn vrij te lezen.
Waarom heb ik toen ‘ja’ gezegd? En ze niet zelf overgenomen van Centraal Boekhuis?

En mijn boekenkasten dan? Hoeveel boeken en tijdschriften ik ook weggeef, het lijkt of de kasten nooit leger worden en de wanorde even groot blijft…
Waarom lukt het maar niet de papieren troep definitief op te ruimen en de boekenkasten netjes op orde te houden?!

Ik zie de mannen van deze tijd lopen met z.g. ongeschoren wangen. Ze lijken te denken dat dat sexy is, maar dat is het niet. Althans, ik vind dat zéker niet sexy. Een gladgeschoren gezicht, of een echte en goedverzorgde baard met of zonder snor en zonder viezigheid…dat is veel aantrekkelijker, vin dik
Waarom die z.g. slampamperige koppen met z.g. ongeschoren wangen aantrekkelijk zouden zijn???


Door de oorlog (mijn Joodse moeder werd vermoord in Auschwitz)  kwam ik in een kindertehuis waar ik mijn hele jeugd heb doorgebracht. De bedelpartijen op de radio (er was nog geen tv toen) voor geld en goederen voor die arme, verwaarloosde kinderen in ons tehuis deden me het schaamrood naar de kaken stijgen. Elk jaar weer. Nu zijn er dan die bedelpartijen voor ‘het vergeten kind’ en nog steeds en weer voel ik de schaamte en de vernedering van toen. Hoewel ik zelf  geen arm verwaarloosd kind was en mijn vader behoorlijk  betaalde voor mijn onderhoud en scholing en hij kocht zelf mijn kleren. Maar welk kind vindt het goed en plezierig zo genoemd te worden??
Waarom voel ik schaamte en heb ik dat gevoel van vernedering en boosheid bij dit soort bedelarij? En doet de zelfvoldaanheid over eigen goedheid van de goede gevers me de kiezen die ik nog heb op elkaar klemmen….

We naderen weer november… En ik voel de huiver van de winterduisternis letterlijk en geestelijk dichterbij komen. Het oude en nieuwe verdriet om de herinnering aan allen die ons juist in de maanden oktober en november verlieten. Maar vooral om mijn zoon die ons nu al 30 jaar geleden achterliet op gekkendag. 11 november. Als de carnavalstijd officieel begint. Het toeval van juist die dag, is wat de herinnering extra bitter maakt. Al mijn herinneringen aan die tijd eindigen met een groot
Waarom?!

Ik ben nu een oud mens en zou dit soort vragen eigenlijk niet meer moeten hebben. Maar ik heb ze nog steeds.
Misschien een duidelijk sein dat ik echt oud ben… Want kinds ben ik nog lang niet. Voor kinderen is het normaal en gezond om overal vraagtekens bij te zetten en soms onafgebroken te vragen:
Waarom dan?
.


maandag 27 oktober 2014

Maumau en het Kattenvrouwtje


Maumau en het Kattenvrouwtje.

Maumau, de poezen en het 'Kattenvrouwtje'.
10 Maanden geleden, in januari 2014,  schreef ik over het onderstaande. Niet in de weblog, maar zomaar als verhaaltje. Nu schrijf ik weer over die kat van me, en zijn omgeving, maar nu wel voor mijn blogje:
Maumau achtte zich blijkbaar als ‘man’ dominant over de vier poezen die hier over het terrein rondlopen en verdedigde zijn territorium uit alle macht. Vaak zitten twee veel kleinere poezen uitdagend op het terras op hem te wachten. Willen ze vriendjes met hem worden? Ik denk het niet, waarschijnlijk voelen ze zich met z’n tweeën opgewassen tegen mijn veel grotere  kater. Dat    blijkt telkens als Maumau zich door het kattenluik  moet wringen om naar buiten te gaan.
10 Maanden geleden gebeurde het volgende in onze tuin.
Een buurtkat heeft zich gillend uit de voeten  gemaakt.  Wat zou mijn kat haar (een poes ja) aangedaan hebben, waarschijnlijk hebben ze elkaar wel bezeerd, ben ik bang.
Even later komt hij binnen... dikke staart glorieus omhoog..... klimt schreeuwend op de tafel en gooit een beker met koffie om....Zucht....  Hij moet altijd iets van de tafel gooien of omgooien...  je zou bijna bang worden, maar hij schrok er zelf van en maakte zich uit de voeten naar de gevulde voerbakjes. Pas als de tafel leeg is, springt hij erop om zich  te laten kammen en borstelen. En een beetje te kroelen, waarna hij mag rennen en springen naar 10 snoepjes. Hij weet dat al zo goed dat hij na het tiende snoepje wegloopt. Nog voor ik mijn handen kan laten zien en 'op!' zeg. Dat is zo onze avondlijke routine.  Weer naar buiten en een uurtje later weer naar binnen en dan is de avond van hem. In zijn mandje bij de tikmachine of op de tafel als ik de krant wil lezen of tv kijken….Hij is de baas en dat wil hij tonen. Maar dat kan ik ook hoor… ;-)
 Het lijkt soms nog steeds een wild, amper gedomesticeerd dier.... maar zo was hij niet altijd Hij kwam hier als een wat schuwe kat die zeker niet vocht. Voor mensen is hij nog steeds wat schuw, maar dat territorium heeft hij zelf geschapen hier.
 De telefoon gaat en omdat ik blijkbaar niet luister naar zijn mee-mauwen (weet hij veel dat ik niet tegen hem maar tegen dat ding praat) gaat hij zich weer krullen op mijn bankbed. En als ik plaats neem bij de computer gaat hij in zijn mandje en ook  bij de computer liggen.
Tot de telefoon zwijgt en hij bij mijn voeten komt zitten en zachtjes jengelt om weer naar buiten te mogen. Ik geef toe, zet de deur open, doe het luik open zodat hij weer naar binnen kan als het hem uitkomt. En weg istie.... En ja hoor, nog geen vijf minuten later klinkt het kattengezang dat een vechtpartij inluidt..... er is een kat op zijn territorium... En als die niet binnen afzienbare tijd verdwenen is.... Ik roep, maak hem bekende geluiden, ga naar buiten met een stok om die zo nodig als verlengstuk van mijn arm te gebruiken.. Of hem naar binnen te loodsen.... nooit om mee te slaan nee.. ,  maar natuurlijk hoort hij me pas als ik vlakbij ben. Hij vliegt voor me uit......  niet naar binnen, maar naar een andersoortig struikgewas. Ik geef het op, het is koud. Eenmaal zelf binnen volgt Maumau me kort daarna (heeft- ie toch gewonnen!) en ik sluit het luik. Hij komt er voorlopig niet uit. Heel schuldbewust lijkt hij nu te zijn. Kruipt niet bij mij op de tafel, maar rolt zich weer op tegen de kussens van de bedbank. Wat kan ik anders doen dan hem een poos totaal negeren..... zo doe je dat nou eenmaal met een stoute kat.
Het is een subtiel evenwicht der machten... ;-)
Als ik ga slapen moet ik het luik wel openzetten.... dan is de macht aan hem en de hele nacht loopt hij in en uit, tot over negen uur  in de ochtend als het hem belieft om echt binnen te komen.   En zijn welverdiende dagrust te nemen. 
 Heeft hij dan gevochten? De Grote Baas zal het weten.......
Dit heb ik te danken aan het 'kattenvrouwtje' dat in het verpleeghuis De Wittenberg woont. Zij zit sinds een paar maanden elke middag een paar uur de katten uit de buurt te roepen, te voeren en tegen ze te praten. Mijn Maumau mocht ze niet. Vanaf het begin. Maumau zag er te goed uit dus had ze er niets aan te verbeteren blijkbaar. Maumau is een dominante kater. Maumau is ook niet knuffelig voor vreemden als hij buiten is. Die ontloopt hij. Ze scheldt hem uit, jaagt hem weg...  en mij ook. Want 'ik lok háár katten binnen' (geen haar op mijn hoofd dat eraan denkt andere katten te lokken, laat staan vreemde katten te voeren) en mijn kat wil altijd vechten met háár katjes. Ja, hij is een grote sterke kater.
 Het Kattenvrouwtje.
Dat ze er door haar houding t.a.v. de katten zelf voor gezorgd heeft kun je haar niet  duidelijk maken,   dat begrijpt ze immers niet. Haar schelle stem klinkt door de tuinen als ze 'haar' poesjes roept. En ze moet ook wel hard roepen, want het zijn geen straatkatten, maar ze  behoren aan de bewoners van de huizen aan de andere straat. Die katten komen op Maumau's  territorium en hij wordt daar zelf weggejaagd. Die andere katten worden met lieve woordjes gelokt en krijgen lekkere hapjes en hij mag daar niet bij zijn. Kattenvrouwtje gooit met steentjes en takken naar hem, schreeuwt als hij zijn plaats en deel opeist en die andere katten aanvalt. Ze komt zich bij me beklagen en staat in mijn tuin te schreeuwen, zodat ik haar - alsof ze een kat is - moet wegjagen.
Ik heb twee keer de dierenarts moeten laten komen omdat Maumau zo toegetakeld was... maar zij is helemaal van de kaart als 'haar' katjes worden aangevallen.
Ik kan nog amper rustig door die tuin  lopen. Ze zit daar, schreeuwt tegen me dat ik weg moet zijn, moet doorlopen....dat mijn kat..... enzovoort....
Hoe lang dit nog gaat duren? Ik heb er geen flauw idee van. Maar Maumau en ik worden hier niet gelukkiger van, dat is zeker, schreef ik tien maanden geleden.
Als het nou mijn eerste kat was en ik geen ervaring had... maar ik heb sinds meer dan dertig jaar katten. Maar dit heb ik nog nooit meegemaakt.
Inmiddels zijn de toestanden gelukkig veranderd. ;-) Vrouwtje is, dement en wel, naar een ander verpleeghuis gebracht.  Maumau is eindelijk een luie hètkater die overdag minstens een halve dag slaapt en in de nacht de grote tuin tot zijn territorium heeft. Want die andere katten zijn geen zwerfkatten, die zijn in de nacht in hun respectievelijke huizen.  Toen het kattenvrouwtje hier wegging zijn de katten gevangen door   mensen van de dierenambulance, (die van mij was toevallig thuis… ;-) nagekeken en zo nodig gechipt en teruggebracht, want het waren dus geen zwerfkatten, was ook hen gebleken. Kattenvrouwtje weg, komt een doodenkele keer nog met een zak voer aan.. maar er zijn andere mensen die de katten nu voeren.  Nou ja, zij vinden dat leuk, de katten ook en de eigenaren hebben veel minder kosten nu. En Maumau heeft de nacht alleen voor zichzelf en komt tegen de ochtend luidruchtig binnen om zijn komst te melden voor hij na een paar hapjes in zijn mandje rolt en de eerste helft van de dag diep slaapt. Zachtjes knort als ik hem aanhaal… In de namiddag gaat hij dan bij het luik zitten en naar buiten kijken of er indringers zijn. Ik heb geen vensterbanken waar hij op kan zitten… Als hij iets ziet bewegen wringt hij dat grote dikke lijf door het luik en gaat achter de indringer aan. Hij brengt geen prooien meer thuis gelukkig. Maar met de buurtkatten is het nog steeds niet helemaal goed, als die op zijn territorium zitten…. Ik maak me niet meer ongerust daarover, het is  ook daar een redelijk evenwicht der machten. Er is rust in huis gekomen.

zaterdag 11 oktober 2014

Olga


Gevangenis Amstelveenseweg.

Door de warme stille stad klikklakten de hakjes van een knappe jonge vrouw. Duidelijk hoorbaar. Verkeer was er amper. Iedereen had zich gehaast om op tijd thuis te zijn. Bijna spertijd. Ze was niet ouder dan een jaar of 33. Haar naam was Olga. Haar jas golfde om haar heen en de wilde krullenbos zwaaide met elke stap mee. Haar ogen keken waakzaam, maar niet angstig. Er moest melk en zo zijn voor de baby van haar jongere zusje. Die had haar zusje vergeten te halen. Of durfde ze de deur niet uit? Nou, zij, Olga had voor hetere vuren gestaan….Die melk moést er nou eenmaal zijn. Tot er twee politieagenten om de hoek van de straat kwamen aanlopen. Eerst op hun dooie akkertje. Hun aanwezigheid alleen al maakte dat mensen harder liepen. Ze liepen de jonge vrouw tegemoet…en zagen dat ze een jodin was.. Onmiskenbaar. De neus, de lippen, de donkere ogen en haren… Ze hielden haar staande en zagen toen ook dat zij haar jodenster opgespeld op haar jas droeg. Een zware overtreding, die ster behoorde opgenááid te zijn. Het was meer dan genoeg reden om haar aan te blaffen.. Waarom draag je die ster opgespeld in plaats van genaaid…weet je niet dat het bijna spertijd is. Meekomen! In een pijnlijke greep gehouden werd ze door de straten afgevoerd De mannen liepen met snelle, grote passen en zij sukkelde op een drafje tussen hen in … Die mooie jonge trotse vrouw. .Na een ‘hardhandig’ verhoor werd haar alles, inclusief haar jas, afgenomen en werd ze opgesloten in een koude donkere cel in de dichtstbijzijnde gevangenis. Gevangenis Amstelveenseweg… Hoe ze die meer dan twee maanden dat ze daar zat is doorgekomen? Is ze verkracht, mishandeld, heeft ze kou en honger geleden? Zat ze in het duister of juist dag en nacht met de lichten aan? Op een heel vroege ochtend zwaaide de deur van de cel open. ‘Mitkommen’. Doodsbang voor weer een ‘verhoor’… Maar toen gingen er meer deuren open en blaften de bewakers alle gevangen in een rij naar buiten, in de richting van een wachtende tram. Die tram werd speciaal voor het vervoer van joden gebruikt. Olga werd met alle andere gevangenen in die ene tram gepropt. Met geweld. Politiemannen met honden kwamen binnen en zorgden ervoor dat het ook gebeurde. Ongewassen lijven van mannen en vrouwen, dicht opeen en tegen haar aan geperst… De tram reed door de stad naar het Centraal Station, waar een trein met goederenwagons gereed stond. en met stokken en blaffende mannen en honden werd Olga met de gevangenen daarheen gedirigeerd….. in die wagons. Waarheen wist niemand nog. Toen de trein ging rijden zakte ze ineen, de handen voor de oren, om haar heen klonken van verschillende kanten gebeden op. Nederlandse en Joodse gebeden, maar ook vervloekingen, gehuil en geschreeuw van angst, woede en onbegrip….





In januari 2007 kreeg bovenstaand verhaal een vervolg toen ik na een dagje bij haar met dochterlief een ommetje ging maken….. Op de brug op de hoek was blijkbaar (een aanrijding geweest en) een auto in de gracht gereden. Een groot deel van de antieke brugleuning was verdwenen en simpel met rood-wit politielint afgezet. Een daar staande trampaal die aangeeft een 'calamiteitenhalte'te zijn, lag helemaal plat. Het bijbehorende bord stond tegen een muurtje. De omgeving lag vol met autoruitglassplinters....



Op weg naar dochterlief.

Het was met een loodzwaar karretje dat ik met het openbaar vervoer meesleepte. Gelukkig zijn er aardige mannen, die zo'n sjouwend oud vrouwtje ;-) graag willen helpen. Het enige punt dus waar ik zelf moest sjouwen, was de laatste bus in en uit. Waar een schat van een chauffeur ;-) zei, dat ik maar de tijd moest nemen, hij zou wel wachten. (maar ook bij het uitstappen bleef hij lekker op zijn chauffeursstoel zitten hoor). Het laatste stukje lopen en Jessica kwam naar beneden om mijn wagentje naar één hoog te sjouwen. Er zaten heel wat tijdschriften in hoor. Maar ook de broodjes, en de doosjes met vlees, een grote zak snoepgoed, een fles lekkere olijfolie. Dat laatste is verse olijfolie, zo uit het grote vat in een fles gegoten. En die gaat naar een Thaïse vriendin van haar, die een take-away eetzaakje in de Jordaan heeft. Jessica en ik zijn later die avond een flink eind gaat lopen. In het donker langs de versierde straten van het oude Amsterdam-Zuid lopen heeft wel wat.



Langs de Amstelveenseweg

liepen we. Tot ik aan de overkant een groot gebouw met tralies zag. En opééns geconfronteerd werd met 1942, toen mijn moeder opgepakt was vanwege de opgespelde ster. Zij heeft dáár een aantal maanden gezeten. Jessica dacht dat het niet het bewuste gebouw zou zijn, dus gingen we het van dichtbij bekijken. En zagen dat het echt nog steeds een gevangenis was. Al die jaren heb ik die plaats niet durven opzoeken. Net zomin als de Czaar Peterstraat, hier niet ver vandaan, waar ik geboren ben. En nu stond ik opeens voor de poort van die immens grote gevangenis............... waar ik de ruitjes van de cellen ging afzoeken...... Stom en natuurlijk vergeefs.... Bovendien zijn die ruitjes ondoorzichtig. Maar zoals vaker, wordt mijn geest opeens in een andere tijd en op een ander plek geplaatst en even was ik helemaal wanhopig en liepen de tranen over mijn wangen.......en heel even had ik mezelf niet in de hand en zag alles voor me gebeuren en voelde de doodsangst en de wanhoop van wat er toén gebeurd was. Als ik eraan toe ben zal ik het nog uitgebreider willen schrijven. Ik had mijzelf wel weer vrij snel in de hand en we konden toen verder lopen.... In een cafétaria aten we een patatje enzo en daarna gingen op de terugweg. De volgende klap kwam toen we de gevangenis weer passeerden en ik me realiseerde dat we langs het oude Haarlemmermeerstation liepen. Dáár heb ik vaak, na lange wandelingen met mijn toen nog onwetende vader’ koffie mèt’ gebruikt in het naast het chauffeurscafé gelegen cafeetje. Ik was al uit het kindertehuis, dus in jaren (bijna) volwassen. Maar nòch mijn vader, nòch ikzelf wisten toen dat mijn moeder daar in de oorlogsjaren zo dichtbij vastgezeten had voor ze op doortocht via Westerbork naar Auschwitz vervoerd en vermoord was. Dank zij die Amsterdamse politieman....(zie boek ‘Twee vrouwen en een jas’ Ik was daar immers zelf pas in 1993 achter gekomen toen mijn vader al vele jaren dood was.... Gelukkig heb ik op dat moment wel mijn emoties in bedwang kunnen houden..... ze komen er nog wel weer uit.... later.. Jessica heeft me in de buurt op de tram gezet en ik ben zonder kleerscheuren thuisgekomen.... Jessica had het er ook allemaal moeilijk mee ja. Maar voelt zich wel heel sterk met haar moeder verbonden in dat verleden. Daar mag ik me gelukkig in prijzen, inderdaad. Wel, dat is wat ik zelf te vertellen had. Weer schokkend, ik weet het. Maar dit leventje van mij is nooit meer helemaal schokvrij te krijgen, en dat weten jullie ook, dacht ik.



Kamp Westerbork.

Achter in het Drentse land, bij Hooghalen, stopte de trein en moest ze met de gevangenen op dezelfde manier weer uitstappen en in rotten van drie gaan lopen naar het 10 km verder gelegen kamp Westerbork. Dat kamp was in 1939 door en voor joodse vluchtelingen gebouwd. Het was de enige mogelijkheid voor joodse vluchtelingen om binnen Nederland legaal onderdak te krijgen.. ze moesten hun eigen kamp bouwen. Pas veel later werd het spoor inderdaad doorgetrokken tot in het kamp Westerbork zelf. En nu werden daar dus wéér joodse vluchtelingen ‘opgevangen’. In barakken. En het wonderlijke was, ze wisten er nog iets van te maken ook… Dat heeft de geschiedenis al vastgelegd. Maar die gevangenen moesten soms urenlang in de kou, de regen of de hitte op appèl staan. Daar liggen nu de steentjes met de sterren of de vlammen, voor elke weggevoerde Jood of Zigeuner een steentje, met daarop een davidsster of een gestileerde vlam. Olga en alle andere aangekomen gevangenen werden na hun uitputtende tocht opgesloten in speciale, grotere barakken. Misschien waren er latrines gebouwd om die speciale barakken, misschien was er water en droog brood… Ik weet het niet. Contact met de gevangenen was streng verboden. Hoé angstig, hoé uitgeput Olga en en de anderen waren, daar kunnen we ons alleen een voorstelling van maken. Olga was toen beslist niet meer die vlotte mooie jonge vrouw met de wuivende haren…. Hadden ze haar krullen afgeknipt en droeg ze nu een doekje om haar hoofd om de schaamte te bedekken, zoals zoveel vrouwen? Gemaakt van wat voor soort lapje? Hoe geestelijk en lichamelijk uitgeput moet ze geweest zijn, hoe uitgeblust van alle het vreselijke dat ze tot nu moest meemaken… Drie dagen hebben zij en deze gevangenen daar opgesloten gezeten. Wat ging er in haar hoofd om? Was ze vrij om te praten, of zaten er dag en nacht gewapende bewakers bij met agressieve herdershonden? In elk geval stonden op de hoeken van het kamp torens met daarin gewapende bewakers die schoten op alles wat verdacht leek. Dus zéker op wat mogelijk. uit de gevangenenbarakken buitenkwam.



Naar Auschwitz

Na drie dagen kwam er een lange trein van veewagons bij het kamp aan. Eén van de eerste transporten. En Olga werd met de gevangenen uit de barakken gejaagd, de wagons in.. Zij had, anders dan andere Joodse mensen in dat kamp, geen bagage bij zich. Geen water of etenswaar ook. Ze waren immers rechtstreeks vanuit de gevangenis in Amsterdam daarheen gevoerd… Een paar simpele emmers voor de behoeften stonden er waarschijnlijk in die veewagens, misschien wat stro op de vloer? Toen Olga en de andere gevangenen de beestenwagons waren ingejaagd werd die verder volgestouwd met andere joodse mensen uit het kamp. Niemand wist tevoren wie er aan de beurt zou zijn. Als je naam of nummer werd afgeroepen moest je zorgen erbij te zijn. Drie dagen ? Korter of langer? Iedereen in die eindeloze rij donkere veewagens, mannen en vrouwen en ouden en kinderen, dicht opeengepakt, geen ruimte om naast elkaar te zitten of te liggen… Was Olga op dat moment nog de dappere jonge vrouw van vroeger? Dat kan haast niet….. . Angst en uitputting, Geen besef van bestaan meer. Er was geen eten en geen drinken en de stank van angst, van urine en diarree van de totaal uitgeputte mensen moet ondraaglijk geweest zijn. Beesten in een beestenwagen, maar misschien nog een greintje menselijk besef? Olga moet al volkomen òp geweest zijn op dat moment, net als zoveel anderen Ergens stond de trein stil, hoofden werden misschien opgetild… en nòg een keer minderde die trein vaart om, om na uren weer verder te gaan. De hitte van de dag, de kou van de nacht, het kletteren van de regen…. de trein reed verder eindeloze uren en dagen en nachten Tijd bestond toen niet meer voor Olga, voor al die menselijke wrakken.



Kamp Auschwitz
Toen de trein wéér stilstond klonken de blaffende honden en schreeuwende mannenstemmen en gingen de deuren met klappen open…Olga en de totaal uitgeputte mensen moesten eruit springen of werden eruit geslagen en op de veel lager gelegen perrons gegooid…. Waar ze zelf moest opstaan, begrip om anderen te helpen kan er niet meer geweest zijn. Ze werden in rijen van vijf geslagen. En zo, in eindeloze rijen, ging mijn moeder Olga met al die uitgeputte en letterlijk dóódsbange mensen op weg naar de toen nog niet zó lang functionerende gaskamers. En daar moesten zij en alle anderen zich ontkleden in de barakken en alles afdoen en afleggen wat ze droegen. De kleren en het schoeisel en andere dingen werden eerst weggenomen en via het kampplein moest ze met al die naakte mensen naar de z.g. doucheruimten.. En daar stond mijn moeder, opeengepakt, met honderden anderen tegen elkaar aan geperst, te wachten. Zogenaamd, heette het nog, om te douchen…En toen gingen de vergassingsinstallaties werken, snel en schoon. Het gegil en geschreeuw duurde maar kort….. Mijn lieve mooie jonge moeder, veel jonger dan mijn eigen dochter nu is, werd daarna met honderden andere naakte lijken op een hoop gegooid…. En door andere gevangenen in karren geladen en naar de verbrandingsovens gebracht……….. Van de 60.330 gedeporteerden vanuit Westerbork naar alleen al kamp Auschwitz kwamen er na de oorlog 4000 terug. Daar behoorde mijn moeder niet toe… Zij behoorde tot de eerste transporten vanuit Westerbork. Dit gaat dus over mijn eigen jonge knappe moeder van toen 34 jaar…… Die hoogstwaarschijnlijk alleen even melk ging halen voor de baby van haar nòg jongere zusje. bij wie ze haar eigen dochtertje even achterliet…. Ze hebben elkaar nooit meer teruggezien. Dat zusje wist niet hoe snel ze van dat dochtertje moest afkomen.Het bracht haar in groter gevaar dan ze als Joodse, alleen met haar eigen baby, al was. En dat dochtertje van toen, van Olga, is nu 79 jaar en haar moeder zou, als ze geleefd had 107 jaar en misschien dement en lastig geweest zijn…. Maar toch…. Àls ze nog geleefd had zou haar dochter waarschijnlijk een normaal leven gehad hebben…En had ze geweten hoe en wat een moeder was… en hoe je zelf een goede moeder moest worden…. en hoe je op latere leeftijd een keuze voor een partner kon maken en daarvan tot op hoge leeftijd kon houden… Dit geldt dus niet alleen voor mij. Maar voor bijna alle kinderen die hun moeder ( of hun vader) plotseling en voortijdig moesten verliezen door oorlog en geweld. Een jonge vrouw rende de dag ervoor langs op de tv … en deed me aan haar denken.
Erica van Beek