Kwam er een lange brief binnen. Vriend Paul heeft gereageerd op een paar columnpjes die ik hem toestuurde per slakkenpost. Ofwel de TNT.
Want Paul is nog steeds bang voor de computer. Hij heeft een mooie schootcomputer, een laptop dus, maar dat is een Apple.. En de dingen die zijn zoon er allemaal opgezet heeft om mee te werken, zijn maar eng.
Dus eigenlijk moet Paul een tekstverwerker hebben, geen laptop. Of ja, hij kan natuurlijk ook denken aan Windows XP2 of hoger, waar we tegenwoordig allemaal mee werken hè.
Maar leuk is wel dat ik hem heb weten te inspireren tot een ellenlange mooie brief. Een klein juweeltje, want het gebeurt niet al te vaak dat hij zulke mooie brieven schrijft. Paul is een schrijver en een dichter, hij schrijft elke dag in zijn kleine boekjes hele verhalen die dan ook nog geïllustreerd worden met leuke of mooie tekeningetjes. Maar omdat hij alleen in zijn eigen boekjes schrijft leest niemand die. En dat stemt hem nu triest, want voor wie deed en doet hij dat?
Hij denkt te weten waarom ik mijn columns schrijf: ik maak er lezers, ook al ken ik ze niet, anoniemen, gelukkiger mee of minimaal geef ik ze een tijdsbesteding, iets om te lezen en wellicht om over na te denken…….
Lieve lezer(es), is dat zo?
Een tijd geleden ben ik deze stukjes gaan schrijven omdat ik het leuk vond om te schrijven, en omdat ik via mijn reguliere emailvriend(innet)jes amper of geen response kreeg. Ik wilde niet afhankelijk zijn van reacties om me lekker te voelen bij het schrijven van mijn stukjes, al kreeg ik van twee mailvriendinnen wel degelijk plezierige reacties.
. Langzamerhand zijn er veel meer lezers gekomen en eigenlijk denk ik nooit meer aan mogelijke reacties. Want daar schreef ik niet meer voor immers.
Daar kun je je weleens pijnlijk in vergissen, als de reactie negatief is. Want dat komt ook voor ja.
Dus doe Paul eens een plezier ;-)) en laat even weten als u dit leest. Dan is hij gerustgesteld.
Vandaag was ik weer eens naar mijn kapper. Of liever gezegd mijn kap-sterren. Want wat die meisjes van dat hoofd van mij weten te maken is heel knap. Dan wordt de betekenis van het gezegde weer duidelijk: Als je haar maar goed zit. ;-).
Het was weer raak in Amsterdam met het openbaar vervoer. Ik voelde me nog niet lekker in mijn vel zitten, anders had ik in 20 minuten naar de kapper kunnen lopen. Nu nam ik de tram en die rijdt via een andere route en bovendien moet ik dan overstappen. Nu deed ik er 5 kwartier over om bij de kapper te komen. De terugweg ging gelukkig wat sneller…een uur.
Wat doet een mens, als ze zo lang moet wachten op de tram vraag je je af. Nou, genieten (nog steeds) van de omgeving, buitenlandse toeristen de weg wijzen bij voorbeeld. Het is in deze tijd van het jaar normaler om Engels te spreken bij tramhaltes en op straat, dan Nederlands. Op de markt merk je dat ook… Eerst word je aangesproken in het Engels: Can I help you? En dan horen ze pas dat je een Nederlandse bent .
Er zijn dagen dat er ladingen Fransen neerstrijken in Amsterdam, of, wat vaker voorkomt, Japanse of Chinese toeristen. Die hebben vaak te veel haast om om zich heen te kijken en reppen zich van de ene bezienswaardigheid naar de andere, waarbij ze mij, die toch echt niet onzichtbaar is, soms gewoon omver lopen. Amerikaanse toeristen hebben dat ook vaak. Maar die lopen niet zo vaak in groepen rond.
Vandaag waren er dus veel Fransen. En die zagen hier veel Oranje. Arme Fransen, Oranje heeft gewonnen hè, met vier tegen één.
Zouden al die Fransen nou gefrustreerd teruggaan naar Frankrijk of zijn ze gewoon hun land ontvlucht vanwege de voetbalgekte daar? Dan merken ze wel dat die gekte hier nog veel groter is. Van mij mogen ze weer snel ‘normaal’ worden.