donderdag 11 december 2008

Het was lekker weer buiten, maar weer zo grijs, zo grijs...

Wel koud, maar daar heb ik tegenwoordig niet zo gauw last van gelukkig.
Vroeger wel ja. Maar misschien kleed ik me de laatste jaren meer naar mijn behoefte en minder naar wat ik denk dat ik zou moéten dragen.

En dan heeft Jantje Bouvier (Jean de Bouvrie dus) in het vroege najaar verordonneerd dat de mode deze winter zwart en wit zou zijn met alle grijstinten ertussen. En dus lopen alle mensen in zwart en (weinig) wit en alle grijstinten ertussen. In het Concertgebouw maandag was het wel heel zichtbaar. Praktisch iedereen was in het zwart, deftig lang of casual kort of in lange broek, kleuren waren bijna niet te zien. Buiten ook niet. Ik zag welgeteld, behalve de mijne, vier rode mantels en één blauwgroene, verder alleen zwart en grijs.En één crèmewitte lange rok, dat wel.
Ik zou willen verordonneren dat juist als het weer zo grauw en grijs is, dat rood en oranje en geel dan de kleuren zouden moeten zijn. Mijn beeldscherm heeft die kleuren ook voorstaan, een roodoranjegele zonsondergang, zodat, als ik alleen het scherm voor heb staan, er tenminste vrolijke kleuren de kamer inkomen.

Terwijl er een cd staat te draaien van Lieder ohne Worte van Mendelssohn, met pianist Frank van de Laar, laat ik mijn gedachten gaan over de afgelopen dagen. Zoals nu even over maandagavond. De cd heb ik trouwens gisteren gekregen van mijn goede vriend en buurman F. Leuk is dat we gelijk jarig zijn, allebei Leeuwen, daardoor is hij een beetje bij mijn familie gaan behoren… Maar goed, hij kwam met deze cd naar mij toe op hetzelfde moment dat ik met de cd met zijn door Job Cohen voorgelezen verhaal op cd naar zijn brievenbus wilde gaan. Leuk ja. Geluiden van de stad heet de cd. Ik had no. 3 gekocht vanwege dat verhaal, want hij had hem zelf nog niet.

Gisteren...
Moest ik naar de vaatchirurg dus. Die versteld stond van mijn dikke enkel maar geen afwijkingen vond en me dus op 6 januari willen laten scannen. Ze heeft me onderzocht op gezwollen lymfeklieren of spataderen maar niets gevonden. Ik heb me beklaagd over de orthopeed die 'niets bijzonders zag' aan mijn voet, anders dan zij dus. Het was een vrouwelijke, jonge specialist, waar ik een middelbare kalende man verwachtte ;-)
6 januari moet ik terugkomen voor een uitgebreid onderzoek. Voorlopig dus niet nerveus worden.

Dochterlief is meegegaan en na afloop hebben we nog even koffie gedronken. Ik een colaatje, soms verlang ik daar zó naar, net als naar een goede kroket, maar dat is zondigen volgens dochter J. strenge eetnormen ;-). En ikzelf vind dat ik af en toe best mag zondigen. Zeker als ik een ‘snelle suiker’ nodig heb naar mijn gevoel. Als diabeet voel je dat soms, maar normaal heb ik er geen erg in hoor. Het hoort gewoon bij het ouder worden van veel mensen, dat je diabetes 2 krijgt. Hoeft, als je het in de gaten houdt, geen beletsel voor een normaal leven te zijn. Vaak heb ik wel een boterham of een krentenbol bij me, en àltijd Dextro druivensuiker. Dat is voorschrift………

Toen was er ook nog tijd om door een kringloopwinkel in de buurt te lopen, waar ik nog een leuk rugzakje op de kop tikte. Daarna moest J. naar zangles en ik wilde graag naar huis.



Vandaag moest ik weer naar het ziekenhuis, naar de schoenmaker die mijn zooltjes gemaakt heeft. Ik kan die dingen echt niet dragen. Je kunt een oud paard toch ook niet dwingen een nieuw soort hoefijzers uit te proberen?

Mijn nieuwe kleine rugzak omgehangen, want ik dacht niets te sjouwen te hebben vandaag. De zooltjes, de pasjes, de papieren erin, met natuurlijk een linnen tas en het pak pasjes en een minipluutje, het ging nèt.
En vandaag was ik, in tegenstelling tot gisteren, veel te vroeg. Maar na een half uurtje kwam de schoenmaker me toch halen. Tot mijn opluchting had hij alle begrip voor mijn klachten. Ze worden dus dunner en zachter gemaakt.
En ja… toen zag ik de tram die me terug moest brengen, voor mijn neus vertrekken. En besloot de Derde Oosterparkstraat, de gezellige winkelstraat àchter het ziekenhuis, maar weer eens in te gaan. Er is alleen geen supermarkt, maar verder een overvloed aan winkeltjes. Een slager, twee zelfs, twee bakkers, twee drogisterijen, de bibliotheek en een speelgoedwinkel enz. enz. en meer.
Er is ook een grote dierenspeciaalzaak, en daar ben ik naar binnen gegaan.
Om van alles voor Pika weer te kopen, en voor de Buurman, de andere dus, voor de papegaai een steentje en nog zo een en ander. En voor de tuinvogeltjes heb ik ook een voorraadje ingeslagen. Hij had zelfs zaad voor de mussen. Leuk toch? Dan houd ik Pika tegen vogel-etenstijd wel binnen.

De terugweg liep minder vlot dan de heenweg, moet ik zeggen. Moe was moe, en de beentjes wilden niet zo erg meer. Bovendien liep ik nu toch met een zware tas te sjouwen, omdat ik mijn grote rugzak niet bij me had.
Zat ik eindelijk in de goede tram….. kregen we te horen dat er op het Rembrandsplein een brand was bij Club Escape en dat alle trams omreden. Later las ik op mijn scherm dat het een heel klein brandje was geweest in een luchtkoker of zo, maar dat de brandweer groot alarm had geslagen vanwege de rookontwikkeling. Of dat allemaal niets kost? Ik zou het niet weten.
Maar goed, ik moest dus uitstappen op het Weesperplein door die omrijding. En was even totaal mijn oriëntatievermogen kwijt. Ja, ik weet ook niet waar ik dat gelaten had hoor….
Maar welke kant moest ik nou op? En die winkel waar ik voorstond, die was toch aan de andere kant van de straat aan de overkant?? Dat gebouw stond toch ook aan de andere kant aan de overkant?
Dat is raar hoor, als je niet meer weet waar je staat. En je echt even niet kunt oriënteren… Hoort bij oud worden, denk ik nu maar. Gelukkig kwam er een jonge vrouw aan, die me weer de goede kant wees. En dat was weer een flink eind lopen en sjouwen.
Bijna bij mijn gracht kwam ik langs een pinautomaat. Daar stond een duidelijk niet-Nederlandse man ( hij leek Oost-Europees in elk geval), met zijn mobieltje foto’s te maken van het scherm van de automaat. Toen hij zag dat ik bleef kijken (waar haal ik toch altijd dat lef vandaan? ) maakte hij dat hij wegkwam. Maar intussen had ik zijn signalement en zijn handelingen aardig kunnen opnemen. Dus thuisgekomen de politie gebeld die heel blij was dat ik die moeite genomen had. Lette en belde iedereen maar op, die iets zo verdachts zag… Die pinautomaat zal de komende dagen wel goed in de gaten worden gehouden ook, denk ik.
En nu ga ik echt uitrusten. En eten maken…. Het is een lang verhaal geworden vandaag.