dinsdag 13 januari 2009

De volgende dag alweer.

Mijn verhaal van gisteren was te sec. Ik vond het moeilijk er de emotie aan mee te geven die de hoofdmoot was.
En die hoofdmoot was mijn dochter en mijn neef en de angst voor die familie, die regelrecht uit een slecht romannetje tevoorschijn leek te zijn gekomen.
Het was toch wel heel bijzonder dat zowel mijn neef als mijn dochter het gevaar zo dirct wisten in te schatten dat ze alles in de steek lieten om hier bij mij te zijn. Naar later bleek, ook terecht.
Toen die familie hier zo onverwacht met vier man voor de deur stond hadden dochter en neef wel de moed om direct de confrontatie aan te gaan, terwijl ik zelf hier bibberend achterbleef.
Dat de moeder met die agenten mee naar binnen kwam, was voor mij wel eng, maar niet direct bedreigend. Terwijl mijn nooit genoeg te waarderen neef en mijn echt zo moedige (maar ook bange) dochter bij de voordeur de confrontatie pas ècht aangingen. ‘Nee moeders’, zei mijn dochter later, ‘dat had je niet willen meemaken’. Nu begrijp ik ook beter dan gisteren de reden van hun haast om mij het huis uit te krijgen voor de nacht en hoe angstig ze de volgende ochtend waren om mij weer in mijn eigen huis te laten zijn. Neef heeft in de late avond nog een luchtbed bij hem thuis gehaald zodat ik in dochters’ bed, en dochter op het luchtbed in haar huiskamer kon slapen. De volgende ochtend toen ikzelf klaar stond belde hij weer en kwam ons ophalen om mij mee naar huis te brengen. De situatie werd nog steeds als heel bedreigend ingeschat, omdat ‘de zoon’ zich ook die zondag, in het ziekenhuis, bij mijn zieke buurman misdragen had. En geprobeerd had de vriend als woordvoerder uit te schakelen. Gelukkig is dat niet gelukt en heeft de vriend met medewerking van het ziekenhuis de touwtjes in handen weten te houden. Dappere mensen heb ik om me heen hoor.

We hebben overlegd over het katje wegbrengen, en omdat het me niet lukte het beestje te vangen moesten we de dierenambulance wel bellen. Die waren uiterst lief en hadden met hun ervaring het beestje zo te pakken en in hun vervoerskooi gezet.
Neef reed met dochter achter de ambulance aan naar het nieuwe adres.
En weer terug. We hebben daar een paar minuten gezeten en het katje losgelaten, dat meteen achter een verwarming kroop.

Die avond is verder als een nachtmerrie met terugwerkende kracht aan me voorbijgegaan. En nòg zit het allemaal in mijn lijf en hoofd.
Maar de hulp en het medeleven van mijn dochter en mijn neef, die bleven, waren fenomenaal en zonder hen had ik misschien niet meer geleefd. Want die zoon was echt iemand die zich met geweld toegang had verschaft tot alles wat hij wilde hebben. Dat werd meer dan 24 uur later, toen hij bijgekomen was, ook door mijn buurman zelf bevestigd. Die, zo zwak als hij was, en nog steeds op de intensive care, meteen weer de touwtjes in handen nam. De zoon van zijn vriendin was inderdaad een boef.....;-(

Gisteren belde de, zeg maar ‘pleegvader’ van poesje, dat het toch niet zo goed ging met Poesje. We praten daar wat over en er werd voorgesteld dat ze toch in haar eigen huisje terug zou gaan. En dat ik dan samen met de ‘pleegmoeder’ voor Poes zou blijven zorgen.

Ik belde dus mijn dochter…… en die raakte helemaal uit haar dak en in paniek. We hebben minstens een half uur gepraat…… ik kòn niet meer naar boven. Zelfs als dat niet in mijn eentje hoefde. De klap van het gebeurde was zo groot dat ik nog helemaal in de war en angstig was en de zoon kon nog steeds terugkomen en proberen binnen te komen. Het was geen optie, totaal niet. En als ik dat toch deed zou zij er niet zijn om me te helpen, ook op het geestelijke vlak.
We huilden samen een beetje, er waren dingen gebeurd waarvan we het bestaan alleen nog maar ooit gelezen hadden….. En ik belde de pleegouders van Poesje terug dat ik het niet kon…en dat er een andere oplossing bedacht moest worden. ‘Pleegmoeder’ reageerde heel lief en begrijpend en zou het verder alleen uitzoeken.
Ik had het niet levend gered zonder mijn dochter en mijn neef. Dat begint langzaam tot me door te dringen. Zelf ben ik nog een geestelijk wrak momenteel, maar met zulke mensen om me heen kom ik er ook wel doorheen.

Het leven gaat verder, zo lang als het duurt…