Vandaag is het 11 april. Mijn goede vriend en 'stiefbroer' Henk is jarig, maar die doet er al jaren niets mee. Gisteren kwam hij even langs om zijn cadeautje te halen, hij moest in de buurt zijn. Even samen thee gedronken. Niet buiten geweest nee.
En vandaag… ja vandaag. Ik zou vandaag een oude vriendin op bezoek krijgen. Ze moest uit West komen maar kon door alle opbrekingen en omleidingen mijn adres niet meer vinden. Ook haar navigator raakte in de war. Dus ik heb het appelgebakje maar naar Buurman gebracht. En ben verder gegaan met waar ik mee bezig was. Een boekenkast uit- en opruimen. Ik had me al maanden geërgerd aan de drie planken naast me die een steeds grotere chaos vertoonden. Nu is er weer ruimte en is het weer netjes op die planken en kan het weer een nieuwe chaos worden daar.
Maar bij dat opruimen kom je toch leuke dingen tegen, die je zou vergeten als je altijd alles netjes opruimde.
Bij voorbeeld een servet van De Plint. Dat moet een tijd geleden zijn, want deze uitgave wordt niet meer in de url www.plint.nl genoemd. Het is wel een smakelijke site gebleven hoor. Het servet wenst ons smakelijk eten, dus ik neem aan dat we daar gegeten hebben. En zo te zien moet dat met vriend Paul geweest zijn….
Aan een andere kant van het (papieren) servet staat in kruisjesborduurwerk: Oudhollands tafelgebed, 17e eeuws:
Ick doe mijn handjes samen
Ick doe mijn ooghjes dicht
En bid dat na het amen
Mijn gehackbal er nog ligt.
Levi Weemoedt schreef het.
En dan daarnaast een cv van Levi Weemoedt, dat erop neerkomt dat hij zielig is, eh.. vooruit: melancholisch dus. Het leven is treurig maar hij heeft een medicijn: humor.
Leuk dat ik dat al die jaren bewaard heb. Ik stop het nu weer snel weg voor over een x aantal jaren, als ik het weer tegenkom.
Eigenlijk zocht ik naar een foto-dvd en wat losse foto’s… Maar die zijn nergens terug te vinden.
Vandaag was het Yom Ha Sjoa. Voor niet-Joodse lezers: Herdenking van de Shoa, de Holocaust dus. Dan zijn er plechtige bijeenkomsten en in mijn stad is dat in de Hollandse Schouwburg. Ik heb lang geaarzeld, want tegen zulke herdenkingsbijeenkomsten heb ik toch een beetje een aversie gekregen. Natuurlijk moét het gebeuren, zo’n herdenking. En voor heel veel mensen is het heel belangrijk om eens per jaar samen te komen ter herinnering aan de zes miljoen doden door het Nazisme. Misschien nu belangrijker dan ooit. Dat maakte dat ik toch op twee benen bleef hinken. Ik wilde wel gaan, maar ik kreeg ook visite (die niet kwam dus). Maar mijn andere been bleef liever weg, want de emoties worden dan weer veel zwaar. En herdenken doe ik elke dag.
Wat nu in Polen gebeurt is heel vreselijk. Ik hoop dat het geen bestuurlijke chaos veroorzaakt. Kijk, dat bedoel ik. Hoewel Polen niet mijn favoriete vacantieland is, liepen de tranen elke keer over mijn wangen bij het zien van de emoties van de mensen. Het verdriet maakt alle verdriet in mijzelf weer wakker. Vooral het ongelooflijk strakke masker, de zelfbeheersing van de tweelingbroer van Lech Kaczynski waarachter je van alles (met zekerheid) kon vermoeden.
Lech Kaczynski was, ondanks alle tegenstrijdige gevoelens die hij opriep wel de man die in maart 2008 de 15- tot 20 duizend Joodse mensen, die in 1968 verbannen waren door de toenmalige regering, het Poolse burgerschap teruggaf. (Parool 6-3-08) . Dat artikel vond ik vandaag dus ook terug.
En het zal niet voor niets zijn dat men dol op hem was in Polen.
Nee, Hongarije is ook niet meer mijn favoriete vacantieland. Jammer ja.