Gisteren was ik druk met de voorbereiding voor vandaag
De hele dag stromende regen en dan moet je ook nog drie kwartier wachten op een tram die kwam vast te staan, vlak vóór mijn halte. Omdat een automobilist een bord 'verboden in te rijden' dacht te kunnen negeren en voor straf toen ineens met zijn voorwielen in een groot gat verdween. De politie moest met de takelwagen komen en het is een duur grapje voor hem geworden. Ik wou dat de wachtenden ook de extra wachttijd in rekening mochten brengen
Twee keer moest ik er in die regen uit om boodschappen te doen want ik was een en ander vergeten. En na die tweede keer moest ik tot de ontdekking komen dat ik nog steeds wat
vergeten was, voor mijn ‘moeders’ soep’. Maar die is toch als vanouds goed geworden en vandaag kon ik mijn drie gasten dus een lekkere bak soep met brood en vla toe voorzetten.
Het begon natuurlijk met koffie mèt, toen ze aankwamen.
Zo deed ik dat vroeger met vriend Ad, zo is het vandaag met Ad-dag. Want we kwamen als vrienden van elkaar, maar vooràl als vrienden van Ad bij elkaar. Ik had foto’s van Ad uitgeprint voor hen en de doos tevoorschijn gehaald, waarin ik al die kleine attenties en zelfgemaakte dingetjes en boekjes van hem bewaarde.
Maar die doos was al zolang niet aangeraakt, dat toen ik hem opende, geconfronteerd werd met de eindigheid der dingen. Alle zoete dingetjes en de stukjes zacht hout waren aangetast door piepkleine (brood?)kevertjes, en ik heb die doos dus helemaal moeten leegmaken en nakijken en wat weg moest ook weggedaan en al die kleine, reeds dode, beestjes met heet water weggespoeld. De rest weer ingepakt en die staat nu weer op zijn plek, naast Paul z’n doos, een andere goede vriend van me.
Vandaag was het gelukkig de hele dag droog.
Na de koffie mèt zijn we naar het Tropen Instituut gegaan, waar ik met Ad ook zoveel uurtjes had liggen, hij kwam er graag. Vandaag was er een voodoo-tentoonstelling; niet over de griezel- en horrordingen die we in klassieke vodoofilms te zien krijgen, maar als religie met heel warme en bijzondere verschijnselen. Het gaat natuurlijk om een totaal andere cultuur en veel heb ik er niet van begrepen, behalve dat het geen griezelige bedoening is. Al worden er levende kippen gegeten, bij voorbeeld. Brr, En zijn de trances waar mensen in terechtkomen, heel diep en uiterst beweeglijk. Er zijn boeken geschreven over het èchte vodoo, maar daar kom ik niet meer toe. Dus maar aanvaard dat het geen enge kunsten zijn.
Na nog een bezoek aan het restaurant en aan de museumwinkel hebben we na 5 uur weer de tocht naar huis gemaakt en lekker moeders' soep gegeten, met brood en zo.... En dubbelvla toe. Na de thee is men weer opgestapt, voldaan en met de belofte over niet al te lange tijd terug te komen.
Ik ben moe. Maar het was een goede dag.