donderdag 10 juli 2008

Ziz iz Emsterdem men, ziz iz Hollend

Hoe vaak ik dat niet tegen slordige toeristen (en Nederlanders) zeg, als ze zomaar ergens hun bagage, hun tassen of jassen neerleggen en er dan met hun rug naartoe geen aandacht meer aan schenken…. Gisteren nog twee keer, tegen Nederlandse jongelui die hun tassen en jassen tegen een muur aan gelegd hadden. Moest die muur er zeker op passen…?
Ik ben geen politievrouw, maar voel me wel mee-verantwoordelijk voor mijn stad.

Nu zeg ik het hier: Ziz iz summer in Hollend men…. Niks aan te doen…

Vanmorgen werd ik pas om half elf wakker, zo donker was het gebleven in mijn huisje.
Geen afspraken, dus geen wekker gezet.
Buiten is het donkergrijs. De bomen staan er wat triest bij door al die nattigheid. Nouja, het was wel heel hard nodig, maar veel langer hoeft het van mij niet te duren. Ik ga, en dan met móói weer, ’s avond. liever met de tuinslang rond, dan dagenlang met deze somberheid te moeten leven. Als volgende week maar weer de zon schijnt. Afgesproken, weermensen?

Ik liep nog in mijn nachtgoed en met verwarde haren toen het eerste telefoontje kwam. En de eerste klop op de deur. Ja, ik heb een leuk kloppertje, dat maakt minder lawaai dan de bel.
Buren. De één kwam wat vertellen. De ander kwam véél vertellen en dus stond ik, op mijn blote voeten op het koude zeil, nog in pyama, een hele tijd aan de tochtige deur. Want al laat ik niet iedereen altijd binnen, te woord sta ik wel (bijna) altijd.

Dat was dus een manier om wakker te worden. Maar tegelijk, toen ik eenmaal gewassen en gekleed was e.d. en mijn fruitontbijtje op had, de ochtendmailtjes verwerkt waren en mijn bedje was opgemaakt…. wilde ik zo wel weer terugkruipen.. Maar ja, dat was twee uur verder. En tijd voor de brunch. Ik heb de dokter beloofd minder te eten, dus het bleef bij twee heel mager belegde oberlander boterhammen. Fijn roggebrood dus.
Het regende op dat moment nog steeds. En binnen waren de lampen brandende.;-)
Ik heb een dozijn parapluutjes en twee plastic regencapes. Dus besloot te gaan lopen. Dit keer de tram naar de Jodebreestraat en vandaar uit lopend door de Antoniebreestraat naar de Nieuwmarkt. Ellendig dat er de hele zomer geen metro is, en vervangend vervoer is lood om oud ijzer. Voor je het bereikt hebt… Op de Nieuwmarkt was een muziekmarkt. Oude grammofoonplaten en cd’s. Duizenden. Maar daar had ik geen belangstelling voor. Ik wilde naar de Toko. Zoals gewoonlijk kom je daar alle kleuren van de regenboog tegen en het ruikt er heerlijk. Een combinatie van kruidnagel, kerrie en laurier en nog wat. Omdat het zo klein en nauw is zijn de mensen superbeleefd als ze elkaar moeten passeren. Want dat kan niet zonder elkaar aan te raken.
Ik moest o.a. citroenmarmelade hebben en bojenmithee en gemberthee en nog wat kleine dingen. Daarna naar Jacob Hooy, de natuurwinkel waar het ook altijd zo heerlijk ruikt en waar het ook altijd lekker rondneuzen is. Voor mijn dochter’s verjaardag een lekker douchespul van Weleda en wat geurtjes voor mezelf…(bergamotolie o.a.) en lopend langs de Kloveniersburgwal met z’n massagesalons en de eethuisjes, via de Nieuwe Hooghstraat en de Antoniebreestraat, allemaal gezellige winkelstraatjes, terug naar huis. Dacht ik. Maar in de laatste straat… op de heenweg had ik expres aan de overkant gelopen.. maar nu kwam ik er toch langs. Een winkeltje met allerlei leuke dingetjes, tasjes, geurtjes, beeldjes, groot en klein, alles uit het Oosten, uit India en andere Oosterse landen geïmporteerd. En vraag mij nou niet om zo’n winkeltje voorbij te lopen…… dat kan ik niet meer. En ik laat me gráág verleiden hoor. Dus binnen een paar reisboeddhabeeldjes gekocht om weg te geven en nog een en ander.
Ik moet toch afvallen, dus bespaar ik het wel op mijn eten……. Tòch?? ;-)
Grapje, het gaat altijd om kleine bedragen.

Op de brug bij de Antoniesluis heb ik even gerust. Dat is een van de mooiste plekjes in Amsterdam. Het sluishuisje dat al eeuwen oud is, de vele kleine bootjes, de oude huisjes. De plek komt op heel veel oude schilderijen voor, maar ook op veel ansichtkaarten van de stad. Het is de brug tussen Antoniebreestraat en Jodebreestraat.

Aangezien het Waterlooplein al opgebroken was – het was inmiddels over half zeven – kon ik via het plein en dóór de Stopera naar de dichtstbijzijnde tramhalte.
Mijn reisbeschrijvingen zijn uitgebreid hè? Ik denk dat er nogal wat mensen zijn die Amsterdam wel kennen. En zo niet, bedenk dan maar dat ik in elke straat wel wat meemaak. En het zó wil benoemen dan.

Wachten op de tram… Een moeder met een kind. Pakistaans-Surinaams? Mevrouw zat naast me en deed haar schoenen even uit en een niet te beschrijven lucht van haar blote voeten met knoflook en uien kwam in mijn neus. Komt misschien door het eten dat ze doen? Ik ben niet weggelopen nee. ;-) Maar gemakkelijk was dat niet ;-)

Dit was mijn weg van vandaag en om de wèg gaat het immers, niet om het doel. Dat wordt tòch wel bereikt.