maandag 30 juni 2008

En toen was het Maandag geworden, een nieuwe dag

En zou mijn onvolprezen hulp Betty komen. Wat ik nog zonder haar zou moeten mag Joost weten, maar Joost weet niet zoveel, dus die zal dit ook niet weten….
Maar ik werd al vroeg uit mijn bedje gebeld. Dat moeten ze nou niet doen. Daar kom ik dan met moeite en kreunend overeind, en zet voorzichtig mijn benen buiten bed, probeer of mijn tenen nog mee willen doen en niet afbreken bij de eerste beweging en stap dan heel voorzichtig naar de telefoon. En net als ik me meld, met een kurkdroge mond nog…..wordt er opgehangen aan de andere kant. Dan ben ik daarna wèl even klaarwakker hoor. ;-( En vallen er een paar woorden die ik in klaarwakkere toestand nooit zou durven zeggen.
Goed, toch maar naar de keuken gestrompeld en een glaasje water genomen.
Ik had mijn fruitontbijtje met haverzemelen naar binnen, mijn glas multivitaminen stond klaar om samen met de pillen naar binnen te werken… toen de telefoon weer ging. Of ik over een uur in het atrium wilde zijn voor een kleine vergadering.
Zucht, wat een begin van de dag. Niet douchen dus ook, was geen tijd meer voor. Als diabeet moet ik wel voor die vergadering gegeten hebben. Dus wissewasje, snel aangekleed en opgemaakt, want zonder dat laatste durf ik me niet meer te vertonen in het openbaar. Intussen was de koffie doorgelopen, bed afgehaald voordat Betty kwam, vlug een boterham naar binnen gewerkt met een beker koffie.. En toen naar het atrium.
Daar bleek, ik zat er met drie mannen, dat één van onze bewoners de pieserd had aangesproken en hulp had aangeboden. Ik hoop van harte dat het niet alleen aanvaard wordt, maar ook helpt.
Want heel langzaam verloedert dit huis. En dat is jammer, want het is een goed huis, met een lange geschiedenis. Enfin, toen dat voorbij was kon ik verder eten, maar inmiddels was Betty gearriveerd. Dus dat werd op een ander niveau overschakelen, want Betty is niet alleen een vrouw, maar ook nog een ontwikkelde vrouw, zelfs een academica, die voor dit werk, de zorg dus, gekozen heeft. En ik ben heel blij met haar hoor. Fijn ook dat ze van dezelfde muziek houdt. En politiek staan we tegenover elkaar, dus is er altijd wel wat te discussiëren.
In de namiddag, toen Betty klaar was en weer weg ging, heb ik mijn schoenen aangetrokken, mijn rugzak omgedaan en ben nog even gaan lopen.. Maar weer naar mijn Turkse super. En van daar een rugzak vol wilde perziken en grote, zoete abrikozen meegenomen.. Er kon nog net, bij Appie, dat in dezelfde straat ligt, een half broodje en twee bosjes raapsteeltjes bij. De laatste. En ik ben dol op stamppot van rauwe raapsteeltjes. Dus iedereen die dit leest weet nu wat ik gegeten heb. Onsje rosbief als vlees, fruit als toetje. Natuurlijk.

En na de doorzending van een stapeltje ‘mooie’ mails lekker in de tuin bezig geweest. Morgen een warme dag en overmorgen ook. Er wordt niet eerder wat nattigheid verwacht als dinsdagavond. Dus moest er langdurig en uitgebreid gesproeid worden. Eigenlijk best een leuk karweitje, maar de gezamenlijke tuin bijhouden kost me wel extra geld. Moet je die daarom laten verdrogen? Nee toch? Dus sta ik ruim een half uur met de tuinslang te zwaaien totdat elk plantje naar mijn beste weten bediend is.


En nu dus mijn dagboekje bijgehouden. Ik ben wel benieuwd hoeveel mensen dit nou lezen. Want ik schrijf over niets bijzonders. Alleen dat kleine leventje van mezelf. Misschien geeft het een beetje het plezierige gevoel dat een simpele soapserie ook geeft?