zondag 17 oktober 2010

Impressies van Israel 1995 deel 4

27-6
In kibbutz en hotel Lavi.
In het hotel ben ik op dit moment even met mijzelf alleen. De groep is weggegaan en dit is een mooie dag om even alleen te zijn en alle indrukken even te laten zakken.

Hier op Lavi slaat de verwarring weer toe. Vervreemding van alles en iedereen. Ik heb het gevoel dat ik even heel zachtjes ‘hellup’ zou willen roepen.

De orthodoxie hier is een levenswijze die mij zó vreemd is dat het me bang maakt. De geestelijke vrijheid die ik mijzelf toesta, bestaat hier niet. Strikte regels voor letterlijk alles is iets dat misschien goed in een beschouwend leven kan passen maar voor een buitenstaander zoals ik werkt het alleen maar benauwend. Dat is althans mijn gevoel. Gelukkig is de joodse orthodoxie wars van een gevoel zending te moeten bedrijven..Integendeel.

Op het moment dat ik dit schrijf is iedereen naar ‘sjoel’, de synagoge. Ik zit hier op de (overigens prima) hotelkamer te schrijven. Ik bèn buitenstaander, ook hier. Maar ik ben me zeer bewust dat ik ben die ik ben en ook niet anders zou willen en kunnen zijn.

Het is nu Sabbat. Dat is merkbaar en voelbaar in de hele atmosfeer. Onder een pergola, in de schaduw, geeft Jitchak, die aan onze groep is toegewezen als begeleider, een uiteenzetting over het orthodoxe kibbutzleven. ’s Middags, het is nu de 24ste hebben we een rondleiding over het terrein met een naar Israël geëmigreerde jonge, joodse boer. Een hete wandeling…In Israël heerst een hittegolf! Honderden koeien die in een open, overdekte stal staan. Die mogen op Sabbat wel verzorgd, maar niet gemolken worden..Maar dat is een apart verhaal.
De vele kalveren zijn allemaal apart ondergebracht in een eigen open hokje, de helft van dat hokje is overkapt. Ze kunnen ruim en vrij rondlopen – en in de schaduw liggen. Of buiten de overkapping, als de zon niet schijnt.
Ze liggen, anders dan de Nederlandse kistkalveren, heel luxe en niet om gemest te worden, maar om besmettingen te voorkomen.

Alle dagen berg op, heuvel af! Israël is killing my feet!

Op Sabbat mag men hier ook niet roken, alleen op de gastenkamers is daar geen controle over. Maar mijn kamergenoten (andere dus) hier willen weer niet dat er op de kamer gerookt wordt. Mijn pakkie shag brandt in mijn zak.* Er is maar één groepsgenoot die hetzelfde doormaakt, de anderen roken niet…Ik voel me een halve crimineel, ben ook de enige vrouw in deze groep, die rookt. Ik ben hier met een christelijke groep, dat werkt op zichzelf al vervreemdend. Er zijn mensen bij die over bijna niets anders praten dan theologische onderwerpen. Die moeten wel vreemd aankijken tegen mijn anders-zijn.

• Eind dat jaar was ik wel gedwongen om te stoppen met roken….ik kreeg een hartinfarct..(dit voor de nog-steeds-rokers ;-)) )

Op 25 juni, zondag, de dag na Sabbat, gaat de groep naar het meer van Kinnereth, ofwel Galilea. En doen ze verder wat ze verder nog van plan zijn. Er werd geadviseerd stevige wandelschoenen aan te trekken en een badpak mee te nemen. Ook zou er een bezoek aan een Pater Willebrand gebracht worden..
Ik heb afgezegd, ik ga vandaag niet mee. Deze dag voor mezelf heb ik hard nodig. Al is het maar om eindelijk de kaarten te schrijven voor Holland en wat aantekeningen te maken en uit te werken.